ECLI:NL:RBROT:2024:9795

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 september 2024
Publicatiedatum
8 oktober 2024
Zaaknummer
11254290 VV EXPL 24-391
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Kort geding over loonvordering en wettelijke verhoging bij beëindiging arbeidsovereenkomst

In deze zaak, die op 24 september 2024 door de Rechtbank Rotterdam is behandeld, vordert eiseres, werkzaam bij Smart Vitaal B.V., betaling van haar loon en vakantiegeld na een ziekmelding op 18 april 2024. Eiseres heeft vanaf mei 2024 geen loon ontvangen en vordert nu betaling van het achterstallige loon, vakantiegeld, wettelijke verhoging en toekomstige loonbetalingen. Smart Vitaal heeft het loon over de maanden mei tot en met augustus 2024 op 17 september 2024 betaald, maar betwist de wettelijke verhoging en stelt dat eiseres niet volledig heeft gecommuniceerd over haar gezondheidstoestand bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst.

De kantonrechter oordeelt dat eiseres recht heeft op doorbetaling van haar loon tijdens ziekte, wat door Smart Vitaal niet is betwist. De rechter wijst de vordering tot betaling van het vakantiegeld van € 1.968,- bruto toe, evenals de vordering tot betaling van toekomstige salarissen. De wettelijke verhoging over de loonbetalingen van mei tot en met augustus 2024 wordt ook toegewezen, omdat er geen gegronde reden is voor opschorting van de loonbetaling. De totale toewijsbare bedragen komen uit op € 10.291,- bruto, inclusief vakantiegeld en wettelijke verhoging.

Smart Vitaal wordt daarnaast veroordeeld in de proceskosten, die op € 1.523,42 worden begroot. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat eiseres het vonnis onmiddellijk kan laten uitvoeren, ook als Smart Vitaal in hoger beroep gaat. De kantonrechter wijst al het andere af.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11254290 VV EXPL 24-391
datum uitspraak: 24 september 2024
Vonnis in kort geding van de kantonrechter
in de zaak van
[eiseres],
woonplaats: Hendrik Ido Ambacht,
eiseres,
gemachtigde: mr. A.M. Gidding,
tegen
Smart Vitaal B.V.,
vestigingsplaats: Rotterdam,
gedaagde,
gemachtigde: mr. I.B. Jansse.
De partijen worden hierna ‘ [eiseres] ’ en ‘Smart Vitaal’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 13 augustus 2024, met bijlagen;
  • de brief van de gemachtigde van [eiseres] van 19 augustus 2024, met productie 7;
  • de brief van de gemachtigde van [eiseres] van 12 september 2024, met productie 8;
  • de e-mail van de gemachtigde van Smart Vitaal van 17 september 2024, met bijlagen;
  • de spreekaantekeningen van de gemachtigde van Smart Vitaal.
1.2.
Op 17 september 2024 is de zaak tijdens een zitting besproken. Daarbij waren aanwezig:
  • [eiseres] en haar gemachtigde;
  • mevrouw [persoon A] ( [functie] ) namens Smart Vitaal, met haar gemachtigde.

2.De beoordeling

Waar gaat deze zaak over?
2.1.
[eiseres] is bij Smart Vitaal in dienst op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met een salaris van € 4.100,- bruto per maand. De arbeidsovereenkomst duurt nog tot en met 30 november 2024. Op 18 april 2024 heeft [eiseres] zich ziek gemeld. Zij heeft vanaf mei 2024 geen loon ontvangen. Zij vordert daarom in deze procedure betaling van het loon vanaf de maand mei, betaling van het vakantiegeld dat zij uiterlijk op 30 juni 2024 had moeten ontvangen, de wettelijke verhoging en wettelijke rente over deze bedragen, plus een veroordeling van Smart Vitaal om het toekomstige loon te betalen en om bruto-nettospecificaties te overleggen van het toekomstige loon, dit laatste op straffe van een dwangsom.
2.2.
Smart Vitaal heeft in de ochtend van 17 september 2024, vlak voor de mondelinge behandeling, het loon over de maanden mei, juni, juli en augustus 2024 aan [eiseres] betaald. [eiseres] heeft bevestigd dat zij het loon heeft ontvangen.
2.3.
Smart Vitaal wil de wettelijke verhoging niet betalen, omdat zij vindt dat [eiseres] een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst. Volgens Smart Vitaal had [eiseres] haar vooraf moeten vertellen over gezondheidsproblemen die op dat moment al bestonden. Ook zouden er problemen zijn met het gebruik van de Nederlandse taal en zou [eiseres] niet op het kantoor van Smart Vitaal, maar thuis willen werken.
Smart Vitaal moet tijdig en volledig betalen
2.4.
Een eis in kort geding kan worden toegewezen als de partij die de voorziening vraagt hierbij zoveel spoed heeft dat die partij de uitkomst van een gewone procedure niet hoeft af te wachten. Bij die beoordeling is van belang hoe aannemelijk het is dat de eis in een gewone procedure wordt toegewezen. Verder moet het belang dat [eiseres] heeft bij toewijzing van de eis worden meegewogen en de gevolgen hiervan voor Smart Vitaal als deze uitspraak later wordt teruggedraaid.
2.5.
Vast staat dat [eiseres] recht heeft op doorbetaling van haar loon tijdens ziekte. Smart Vitaal heeft dat ook niet betwist. Smart Vitaal heeft opgemerkt dat zij de loonbetaling zou hebben opgeschort omdat zij niet [eiseres] in contact kwam, maar heeft zelf tijdens de zitting erkend dat zij [eiseres] hierover geen brieven heeft gestuurd.
2.6.
Hoewel Smart Vitaal nogal wat stellingen poneert over een mededelingsplicht van [eiseres] over haar gezondheidstoestand, onderbouwt zij die stellingen op geen enkele manier. Vooralsnog blijkt uit niets dat sprake zou kunnen zijn van een vernietigbare arbeidsovereenkomst, los van de eigen veronderstellingen van Smart Vitaal. Ook van problemen met het voeren van de Nederlandse taal en discussies over al dan niet thuiswerken is niet gebleken.
2.7.
Alles overziend is van enige (gegronde) reden om de loonbetaling op te schorten niet gebleken. Omdat Smart Vitaal op 17 september 2024 het loon tot en met augustus 2024 heeft betaald, zal de vordering van loonbetaling voor zover die op deze maanden ziet worden afgewezen. De vordering tot betaling van het vakantiegeld van € 1.968,- bruto wordt toegewezen; Smart Vitaal heeft deze vordering niet betwist en ook niet uitgelegd waarom dit bedrag nog niet is betaald. De vordering tot betaling van toekomstige salarissen wordt ook toegewezen. Naar het oordeel van de kantonrechter is in de gegeven omstandigheden voldoende aannemelijk dat dit salaris niet zonder meer zal worden uitbetaald. Omdat Smart Vitaal niet in verzuim is (geweest) met het verstrekken van loonstroken, is er geen reden om daarvoor een (aparte) veroordeling op te nemen en daaraan een dwangsom te verbinden. Dat deel van de vordering wordt daarom niet toegewezen.
Smart Vitaal moet de wettelijke verhoging betalen
2.8.
Het (door)betalen van het salaris is een van de primaire verplichtingen van een werkgever jegens een werknemer. Omdat hier iedere reden voor opschorting of te late betaling ontbreekt, wijst de kantonrechter de door [eiseres] gevorderde wettelijke verhoging over de loonbetaling over de maanden mei, juni, juli en augustus 2024 toe. De verhoging over de maanden mei, juni en juli 2024, plus het vakantiegeld, bedraagt 50%. Dit komt neer op een bedrag van (50% × € 14.268,- =) € 7.134,-. De verhoging over het loon van augustus 2024 bedraagt, gelet op de betaling op 17 september 2024, 29%. 29% van € 4.100,- is € 1.189,-. De totale wettelijke verhoging komt daarmee op € 8.323,-. De gevorderde wettelijke rente is ook volledig toewijsbaar.
Conclusie: toewijsbaar bedrag
2.9.
Het in totaal toewijsbare bruto bedrag komt gelet op het voorgaande op € 10.291,-: € 1.968,- aan vakantiegeld en € 8.323,- aan wettelijke verhoging.
Smart Vitaal moet de proceskosten betalen
2.10.
De proceskosten komen voor rekening van Smart Vitaal omdat zij voor het grootste deel ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die Smart Vitaal aan [eiseres] moet betalen op € 139,42 aan dagvaardingskosten, € 706,- aan griffierecht, € 543,- aan salaris voor de gemachtigde en € 135,- aan nakosten. Dat is in totaal € 1.523,42. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.
Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad
2.11.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat [eiseres] dat eist en Smart Vitaal daar geen bezwaar tegen heeft gemaakt (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt Smart Vitaal om aan [eiseres] te betalen het netto equivalent van € 10.291,- bruto, met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de data van opeisbaarheid van de verschuldigde bedragen tot de dag dat volledig is betaald;
3.2.
veroordeelt Smart Vitaal om vanaf september 2024 telkens aan het einde van de maand aan [eiseres] te betalen het netto equivalent van het brutoloon van € 4.100,- per maand, te vermeerderen met emolumenten, zolang de arbeidsovereenkomst voortduurt;
3.3.
veroordeelt Smart Vitaal in de proceskosten, die aan de kant van [eiseres] worden begroot op € 1.523,42;
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.5.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Aukema-Hartog en in het openbaar uitgesproken.
51909