ECLI:NL:RBROT:2024:9769

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
4 oktober 2024
Publicatiedatum
8 oktober 2024
Zaaknummer
11086779 VZ VERZ 24-4651
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om voorlopig deskundigenbericht in huurprijs geschil tussen verhuurder en huurder

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 4 oktober 2024 een beschikking gegeven in een verzoek om een voorlopig deskundigenbericht. Het verzoekschrift is op 6 mei 2024 ingediend door de verzoekster, een verhuurder, die een deskundige wenst te laten benoemen om advies uit te brengen over de huurprijs van een bedrijfsruimte. De huurovereenkomst tussen de verzoekster en de verweerster, een huurder, bestaat sinds 1 januari 2014. De verzoekster is van mening dat de huidige huurprijs van € 256.875,20 per jaar niet in overeenstemming is met de huurprijzen van vergelijkbare bedrijfsruimten in de omgeving. Partijen hebben overeenstemming bereikt over de persoon van de deskundige en de kosten van het onderzoek, waardoor er geen mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden.

De kantonrechter heeft de heer A. Moerman benoemd als deskundige, die zal adviseren over de huurprijs per 6 mei 2024. De kosten van het deskundigenonderzoek zijn begroot op € 9.619,50, inclusief btw, en de verzoekster is verplicht dit voorschot te betalen. De beschikking bevat verder bepalingen over de procedure van het deskundigenonderzoek, waaronder de verplichting voor de deskundige om zich te houden aan de Leidraad deskundigen in civiele zaken en de mogelijkheid voor partijen om op- en aanmerkingen te maken op het conceptrapport. De deskundige moet het definitieve rapport uiterlijk vier maanden na de start van het onderzoek inleveren, met een eindnota die aan de eisen van de leidraad voldoet.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 11086779 VZ VERZ 24-4651
uitspraak: 4 oktober 2024
beschikking van de kantonrechter inzake het bevelen van een voorlopig deskundigenbericht
in de zaak van
[verzoekster],
vestigingsplaats: Rotterdam,
verzoekster,
gemachtigde: mr. J.J. Blok,
tegen
[verweerster],
vestigingsplaats: Zaandam,
verweerster,
vertegenwoordigd door: mr. J. Bausch.
De partijen worden ‘ [verzoekster] ’ en ‘ [verweerster] ’ genoemd.

1.De procedure

Het verzoekschrift is ter griffie binnen gekomen op 6 mei 2024.
Er heeft geen mondelinge behandeling plaatsgevonden omdat partijen overeenstemming hebben bereikt over de persoon van de deskundige en de aan het onderzoek verbonden kosten (het voorschot).

2.De beoordeling

2.1.
Het verzoekschrift strekt ertoe dat de kantonrechter een voorlopig deskundigenbericht zal bevelen.
2.2.
Tussen [verzoekster] als verhuurder en [verweerster] als huurder bestaat sinds 1 januari 2014 een huurovereenkomst ten aanzien van de bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:290 lid 2 BW aan de [straatnaam] [huisnummer A] , [huisnummer B] , [huisnummer C] , [huisnummer D] en [huisnummer E] in Rotterdam. De voor het gehuurde verschuldigde huurprijs exclusief omzetbelasting bedraagt op dit moment
€ 256.875,20 per jaar. [verzoekster] is van mening dat deze huurprijs lager is dan - en dus niet overeenstemt met - de huurprijs van vergelijkbare bedrijfsruimte ter plaatse. Partijen zijn het niet eens geworden over een wijziging van de huurprijs.
2.3.
[verzoekster] verzoekt daarom een deskundige te benoemen met de opdracht tot het opstellen en uitbrengen van een advies over de nader vast te stellen huurprijs per 6 mei 2024 met betrekking tot de hiervoor genoemde bedrijfsruimte (artikel 7:304 BW).
2.4.
Partijen zijn het eens geworden over de persoon van de deskundige, die zal worden verzocht te adviseren over de vaststelling van de huurprijs. Daarom wordt met deze beschikking de hierna genoemde deskundige benoemd om zijn advies uit te brengen (artikel 194 Rv).
2.5.
De deskundige, de heer A. Moerman van Insight Real Estate B.V., heeft de kosten voor het onderzoek begroot op € 9.619,50 inclusief btw. Beide partijen hebben schriftelijk medegedeeld akkoord te gaan met deze kostenbegroting.
2.6.
De hoogte van het voorschot wordt vastgesteld op het door de deskundige begrote bedrag. [verzoekster] moet het voorschot betalen (artikel 195 Rv).

3.De beslissing

De kantonrechter,
3.1.
beveelt een deskundigenonderzoek als bedoeld in artikel 7:304 lid 2 BW om onderzoek te doen en een advies uit te brengen over de huurprijs per 6 mei 2024 met betrekking tot de bedrijfsruimte aan de [straatnaam] [huisnummer A] , [huisnummer B] , [huisnummer C] , [huisnummer D] en [huisnummer E] in Rotterdam, overeenkomstig de bepalingen in artikel 7:303 BW;
3.2.
benoemt tot deskundige:
De heer A. Moerman MSRE MRICS RT,
Functie: RICS Registered Valuer
Kantoor: Insight Real Estate B.V. te [plaats]
Adres: [adres] , [postcode]
E-mail: arthur@insightrealestate.nl
Telefoonnummer: [telefoonnummer] / [gsm-nummer] ;
3.3.
stelt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige vast op € 9.619,50 inclusief btw;
3.4.
bepaalt dat [verzoekster] het voorschot moet betalen binnen twee weken na ontvangst van een nota van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak (LDCR);
3.5.
draagt de griffier op aan de deskundige te melden dat het voorschot is gestort en bepaalt dat de deskundige daarna pas met het onderzoek mag beginnen;
3.6.
bepaalt dat [verzoekster] een kopie van de processtukken aan de deskundige moet sturen;
3.7.
bepaalt dat de deskundige zich houdt aan de Leidraad deskundigen in civiele zaken (hierna: ‘leidraad’) en de gedragscode voor gerechtelijk deskundigen in civielrechtelijke en bestuursrechtelijke zaken (zoals gepubliceerd op www.rechtspraak.nl) en wijst in het bijzonder op de informatie over het beginsel van hoor en wederhoor ten aanzien van het communiceren met en door partijen;
3.8.
bepaalt dat partijen in de gelegenheid moeten worden gesteld om op- en aanmerkingen op het conceptrapport te maken en/of nadere vragen te stellen;
3.9.
bepaalt dat de deskundige het definitieve rapport uiterlijk vier maanden na de start van het onderzoek inlevert en dat als deze termijn niet haalbaar blijkt de deskundige de kantonrechter en partijen dat zo spoedig mogelijk laat weten en ook welke termijn wel haalbaar is;
3.10.
bepaalt dat de deskundige bij de inlevering van het rapport een eindnota voegt die voldoet aan de eisen zoals opgenomen in de leidraad;
3.11.
bepaalt dat de deskundige het onderzoek onderbreekt als dreigt dat het voorschot wordt overschreden en in dat geval een schriftelijk verzoek aan de kantonrechter doet om een aanvullend voorschot.
Deze beschikking is gegeven door mr. F. Aukema-Hartog en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44487