Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2], handelend onder de naam [makelaar A] ,
1.De zaken in het kort
De partijen, andere betrokkenen en de vorderingen
2.Het verloop van de procedures
in de hoofdzaak
- het vonnis in incident van 23 augustus 2023 en de daarin vermelde processtukken;
- de conclusie van antwoord van [gedaagde 2] , met twee producties;
- de brieven van 27 februari 2024 van de rechtbank met informatie over de mondelinge behandeling en de oproepingsbrieven van 19 maart 2024 van de rechtbank voor de naar 22 mei 2024 verplaatste mondelinge behandeling;
- de akte indienen producties van IYI, met producties 17 tot en met 19;
- de spreekaantekeningen van IYI en [gedaagde 1] voor de mondelinge behandeling;
- de akte van 19 juni 2024 van [gedaagde 1] ;
- de akte uitlaten na mondelinge behandeling van [gedaagde 2] , met twee producties;
- de akte uitlaten producties van IYI.
- de dagvaarding, met vijf producties;
- de conclusie van antwoord, met zes producties;
- de brieven van 27 februari 2024 van de rechtbank met informatie over de mondelinge behandeling en de oproepingsbrieven van 19 maart 2024 van de rechtbank voor de naar 22 mei 2024 verplaatste mondelinge behandeling;
- de spreekaantekeningen van [gedaagde 1] en [gedaagde 3] voor de mondelinge behandeling;
- de akte van 19 juni 2024 van [gedaagde 1] ;
- de akte uitlaten van [gedaagde 3] .
3.De feiten
in beide zaken
4.Het geschil
in de hoofdzaak
subsidiair
4) € 1.025,30 exclusief btw aan buitengerechtelijke kosten;
primair en subsidiair
5.De beoordeling
Tijdens de mondelinge behandeling heeft IYI dit betoog weersproken.
De rechtbank stelt vast dat IYI dit laatste niet heeft betwist. Evenmin heeft IYI nader toegelicht waarom het door haar gestelde misbruik van omstandigheden door [gedaagde 1] (desondanks) ook aan [gedaagde 2] en van [gedaagde 3] toegerekend kan worden. Ten opzichte van [gedaagde 2] en [gedaagde 3] slaagt het betoog van IYI over misbruik van omstandigheden dus niet.
[persoon B] heeft het appartement net als IYI gekocht zonder te beschikken over alle relevante informatie over de huursituatie. Dat IYI de zaak niet op de spits heeft willen drijven, wat haar overigens ook veel geld had kunnen kosten, maar tot terugkoop is overgegaan, is niet onredelijk. Dat geldt ook voor het niet (blijvend) aangaan van een discussie met [persoon A] toen die voet bij stuk hield en het appartement na afloop van de huurovereenkomst voor bepaalde tijd niet wilde verlaten.
De betwisting van het causaal verband door [gedaagde 2] slaagt dan ook niet.
6.De beslissing
vier weken na het nemen van deze akte of het verstrijken van de daarvoor gestelde termijnweer op de rol zal komen voor het nemen van een antwoordakte door [gedaagde 2] ;