Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 240 uren en een ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van één jaar geheel voorwaardelijk met een proeftijd van één jaar.
4.Waardering van het bewijs
zeer onvoorzichtig en onoplettendheeft gereden. Daardoor heeft de verdachte niet opgemerkt dat het slachtoffer afremde en kon hij zijn voertuig niet tijdig meer tot stilstand brengen. Als gevolg daarvan heeft er een ongeval plaatsgevonden, waarbij het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen. Gelet op het voorgaande is het door de verdachte veroorzaakte verkeersongeval aan zijn schuld, als bedoeld in artikel 6 WVW, te wijten.
te rijden,
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
taakstraf voor de duur van 240 (tweehonderdveertig) uren,waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
120 (honderdtwintig) dagen;
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de duur van
1 (één) jaar;