ECLI:NL:RBROT:2024:9361

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
30 augustus 2024
Publicatiedatum
24 september 2024
Zaaknummer
C/10/681890 / JE RK 24-1380
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige met verzoek tot uithuisplaatsing

Op 30 augustus 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2011. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder, de vader en een vertegenwoordigster van de gecertificeerde instelling (GI), de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, aanwezig waren. De advocaat van de moeder, mr. A.C. van 't Hek, was niet verschenen, ondanks dat zij correct was opgeroepen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de huidige ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] op 4 september 2024 afloopt en dat er een verzoek is ingediend door de GI om deze ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van een jaar, alsook om een machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen.

De kinderrechter heeft in haar beoordeling de relevante stukken meegenomen, waaronder eerdere beschikkingen en berichten van de GI. Gezien de korte tijd tot de afloop van de huidige ondertoezichtstelling, heeft de kinderrechter besloten om de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] voorlopig te verlengen tot 4 oktober 2024, zodat er voldoende tijd is voor een mondelinge behandeling van het verzoek. De aanwezigen hebben ingestemd met deze beslissing. De kinderrechter heeft ook een nieuwe zittingsdatum vastgesteld voor de verdere behandeling van het verzoek, die gepland staat op 10 september 2024 in Dordrecht.

De beschikking is openbaar uitgesproken en de kinderrechter heeft bepaald dat deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad is. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld bij het gerechtshof te Den Haag, door tussenkomst van een advocaat, binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/681890 / JE RK 24-1380
Datum uitspraak: 30 augustus 2024
Beschikking van de kinderrechter over een verlenging ondertoezichtstelling
in de zaak van
de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugd bescherming en
Jeugdreclassering,
hierna te noemen: de GI, gevestigd te Amsterdam.
over
[minderjarige],
hierna te noemen: [voornaam minderjarige] , geboren op [geboortedatum] 2011 in [geboorteplaats] ,
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[naam moeder],
hierna te noemen: de moeder, wonende in [woonplaats 1] ,
advocaat: mr. A.C. van ‘t Hek, kantoorhoudende te Rotterdam,
[naam vader],
hierna te noemen: de vader, wonende in [woonplaats 2] .

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
  • de beschikking van de kinderrechter in deze rechtbank van 23 juli 2024 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
  • het bericht van de GI van 16 augustus 2024;
  • het e-mailbericht van de vader van 19 augustus 2024.
1.2.
Op 30 augustus 2024 heeft de kinderrechter de mondelinge behandeling van de zaak met gesloten deuren behandeld. Daarbij waren aanwezig:
  • de moeder;
  • de vader;
  • een vertegenwoordigster van de GI, mw. [persoon A] .
1.3.
De advocaat van de moeder is niet verschenen. De kinderrechter stelt vast dat de advocaat van de moeder wel juist is opgeroepen.
1.4.
[voornaam minderjarige] is opgeroepen voor de zitting van 23 augustus 2024 en heeft toen een kindgesprek gehad met de kinderrechter. De kinderrechter acht het daarom niet noodzakelijk dat zij wordt opgeroepen tegen de hierna te noemen zittingsdatum.

2.De feiten

2.1.
De vader en de moeder zijn belast met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] .
2.2.
[voornaam minderjarige] woont bij haar moeder.
2.3.
Bij beschikking van 23 juli 2024 is de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] verlengd tot 4 september 2024. De beslissing is voor het overig verzochte aangehouden.

3.Het aangehouden verzoek

3.1.
De GI verzoekt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] te verlengen voor de duur van een jaar. Daarvan resteert een periode van 11 maanden. Daarnaast verzoekt de GI een machtiging tot uithuisplaatsing van [voornaam minderjarige] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder te verlenen voor de duur van een jaar.

4. De beoordeling

4.1 .
De advocaat van de moeder is ter zitting niet verschenen en is ook niet telefonisch bereikbaar. Mogelijk bestaat er verwarring over het tijdstip van de zitting. De moeder heeft verzocht om de mondelinge behandeling van het verzoek aan te houden, aangezien zij wenst te worden bijgestaan door haar advocaat. Gelet op het zittingsrooster van de rechtbank is het niet mogelijk om vóór de afloopdatum van de huidige ondertoezichtstelling, te weten op 4 september 2024, de mondelinge behandeling te plannen en partijen te horen.
4.2.
Nu de huidige ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] op zeer korte termijn afloopt, ziet de kinderrechter zich genoodzaakt om de bestaande situatie ten aanzien van [voornaam minderjarige] voor een korte periode te laten voortduren en de ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van een maand, te weten tot 4 oktober 2024, om voor die tijd de mondelinge behandeling te kunnen laten plaatsvinden. De aanwezigen hebben aangegeven hiermee in te stemmen. Op basis van de stukken overweegt de kinderrechter daarbij dat
vooralsnogaan de wettelijke criteria in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek is voldaan. Het resterende deel van het verzoek wordt aangehouden tot de hierna te noemen zittingsdatum, waarbij rekening is gehouden met de ter zitting uitgesproken voorkeur van de ouders om de zitting te plannen op locatie Dordrecht.
4.3.
Voor het opmaken van dit proces-verbaal heeft de rechtbank de belanghebbenden bericht dat de behandeling van het verzoek zal worden voortgezet op
27 september 2024 om 9.30 uur. Deze zitting komt te vervallen. De zaak zal worden behandeld op de hierna te noemen zittingsdatum.

5.De beslissing

De kinderrechter:
5.1.
verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] tot 4 oktober 2024;
5.2.
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
en alvorens verder te beslissen:
5.3.
houdt de behandeling van het verzoek voor het overige aan en roept de GI, de moeder, haar advocaat mr. A.C. van ’t Hek en de vader op te verschijnen tijdens de mondelinge behandeling
op 10 september 2024 om 13:30 uur in het gerechtsgebouw aan het Steegoversloot 36 te Dordrecht;
5.4.
de zaak zal op genoemde datum en tijdstip, behoudens onvoorziene omstandigheden, worden behandeld door mr. K.T.F. Chocolaad-de Bos, kinderrechter;
5.5.
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping van de GI, de
moeder, haar advocaat mr. A.C. van ’t Hek en de vader.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.C.M. Persoon, kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken op 30 augustus 2024, in aanwezigheid van A.L.I. Janssens als griffier, en op schrift gesteld op 3 september 2024.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
  • door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.