In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 27 augustus 2024, wordt de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige besproken. De zaak betreft de minderjarige, geboren in 2007, die onder toezicht is gesteld bij beschikking van 8 september 2023. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West heeft verzocht om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen voor een periode van zes maanden. Tijdens de mondelinge behandeling op 27 augustus 2024 waren de moeder, de stiefopa en een vertegenwoordiger van de GI aanwezig. De kinderrechter heeft de minderjarige om haar mening gevraagd, die zij via een e-mail heeft geuit. De kinderrechter concludeert dat er positieve stappen zijn gezet in het contactherstel tussen de moeder en de stiefopa, maar dat de minderjarige nog steeds in haar ontwikkeling bedreigd wordt. Daarom is het noodzakelijk dat de minderjarige bij de stiefopa blijft en dat er individuele hulpverlening wordt ingezet. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen tot 8 maart 2025, en verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad. Hoger beroep kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.