ECLI:NL:RBROT:2024:8240

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 augustus 2024
Publicatiedatum
2 september 2024
Zaaknummer
11238537 VV EXPL 24-370
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontruiming van een woning in kort geding na opzegging huurovereenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 29 augustus 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de Stichting Maasdelta Groep (MDG) en een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres, vertegenwoordigd door mr. M.J.P. Peters, vorderde ontruiming van een woning in Spijkenisse, waar de gedaagde zonder recht of titel verbleef, aangezien de huurovereenkomst door haar was opgezegd. De procedure begon met een dagvaarding op 8 augustus 2024, gevolgd door een mondelinge behandeling op 22 augustus 2024. De kantonrechter verleende verstek tegen de gedaagde, die niet op de zitting was verschenen, ondanks dat zij correct was opgeroepen.

De kantonrechter oordeelde dat er voldoende spoed was voor de vordering in kort geding, omdat de eiseres niet kon wachten op de uitkomst van een reguliere procedure. De rechter concludeerde dat het aannemelijk was dat in een bodemprocedure zou worden geoordeeld dat de gedaagde zonder recht in de woning verbleef. Daarom werd de vordering tot ontruiming toegewezen. De gedaagde werd ook veroordeeld tot het betalen van een gebruiksvergoeding van € 562,17 per maand tot de ontruiming plaatsvond, evenals de proceskosten die in totaal op € 1.142,72 werden begroot.

Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de uitspraak onmiddellijk uitgevoerd kon worden, ook als de gedaagde in hoger beroep zou gaan. De kantonrechter wees alle andere vorderingen af. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. Th. Veling.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11238537 VV EXPL 24-370
datum uitspraak: 29 augustus 2024
Vonnis in kort geding van de kantonrechter
in de zaak van
STICHTING MAASDELTA GROEP (MDG),
statutaire vestigingsplaats: Spijkenisse,
eiseres,
gemachtigde: mr. M.J.P. Peters,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: Spijkenisse,
gedaagde,
die niet is verschenen.
De partijen worden hierna ‘Maasdelta’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 8 augustus 2024, met bijlagen 1 tot en met 8;
  • de mondelinge behandeling op 22 augustus 2024.

2.De beoordeling

2.1.
De kantonrechter verleent verstek tegen [gedaagde] . [gedaagde] is namelijk niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling, terwijl bij haar oproeping in deze zaak alle wettelijke termijnen en regels in acht zijn genomen.
2.2.
Een vordering in kort geding kan worden toegewezen als de eisende partij hierbij zoveel spoed heeft dat die de uitkomst van een gewone procedure niet hoeft af te wachten (artikel 254 lid 1 Rv). Uit de stellingen van Maasdelta volgt dat deze spoed aanwezig is. De vordering wordt toegewezen omdat deze niet onrechtmatig of ongegrond lijkt (artikel 139 Rv), met inachtneming van het volgende.
2.3.
Het is voldoende aannemelijk dat in een bodemprocedure wordt geoordeeld dat [gedaagde] op dit moment zonder recht of titel in de woning aan het adres [adres] ( [postcode] ) in Spijkenisse verblijft, omdat de huurovereenkomst met betrekking tot die woning door [gedaagde] is opgezegd. Het is daarom gerechtvaardigd om in deze procedure vooruit te lopen op de ontbinding en [gedaagde] te veroordelen de woning te ontruimen. [gedaagde] moet een gebruiksvergoeding van € 562,17 per maand betalen tot en met de dag dat zij de woning met al haar spullen heeft verlaten (artikel 7:225 BW). Maasdelta heeft niet uitgelegd waarom [gedaagde] een vergoeding moet betalen voor de rest van de maand.
2.4.
[gedaagde] moet de proceskosten betalen, omdat zij voor het grootste deel ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot deze kosten aan de kant van Maasdelta op € 136,72 aan dagvaardingskosten, € 328,00 aan griffierecht, € 543,00 aan salaris voor de gemachtigde en € 135,00 aan nakosten. Dat is in totaal € 1.142,72. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.
2.5.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard , omdat Maasdelta dat vordert (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt [gedaagde] om binnen zeven dagen na betekening van dit vonnis de woning aan het adres [adres] ( [postcode] ) in Spijkenisse te ontruimen met alle personen en zaken die zich daar vanwege [gedaagde] bevinden en de woning met alle sleutels ter beschikking van Maasdelta te stellen;
3.2.
veroordeelt [gedaagde] om aan Maasdelta te betalen € 562,17, of zoveel meer als bij een wettelijke huurverhoging zou zijn toegelaten, met ingang van de maand juni 2024 tot en met de dag waarop de ontruiming plaatsvindt;
3.3.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, die aan de kant van Maasdelta worden begroot op € 1.142,72;
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.5.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Th. Veling en in het openbaar uitgesproken.
38671