In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de verleende omgevingsvergunning voor het verbouwen van een winkelpand tot veertien woningen. De rechtbank oordeelt dat het bestreden besluit een gebrek bevatte, omdat verweerder niet had onderzocht of aan de geldende parkeernormen werd voldaan. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen de omgevingsvergunning, en de voorzieningenrechter had eerder een voorlopige voorziening getroffen om het primaire besluit te schorsen. Verweerder heeft vervolgens een aanvullende omgevingsvergunning verleend voor het afwijken van de parkeernorm, maar de rechtbank concludeert dat dit niet voldoende was. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen van het besluit in stand omdat verweerder het gebrek heeft hersteld. Eiseres krijgt haar griffierecht vergoed en verweerder wordt veroordeeld tot betaling van de proceskosten.