Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
- [eiseres] met mr. Kloppenburg
- Mr. Van der Hoeff
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter op 27 augustus 2024 een mondeling vonnis uitgesproken in een kort geding tussen [eiseres] en W&M Vastgoed B.V. [Eiseres] huurt sinds 1 januari 2017 een onzelfstandige woonruimte in Rotterdam. Na een uitspraak van de Huurcommissie op 15 juni 2023, waarin gebreken aan de woning werden vastgesteld, heeft [eiseres] tijdelijk ingestemd met verblijf elders voor herstelwerkzaamheden. W&M Vastgoed heeft echter geweigerd [eiseres] weer toegang te geven tot de woning, onder andere vanwege vermeende schade en een slechte staat van de woning. De kantonrechter oordeelt dat [eiseres] recht heeft op toegang tot de woning, nu de herstelwerkzaamheden zijn afgerond en er geen reden is om haar langer de toegang te ontzeggen. De rechter benadrukt dat de gegrondheid van de verwijten van W&M Vastgoed niet in deze procedure kan worden onderzocht en dat een bodemprocedure nodig is om de huurovereenkomst te beëindigen indien nodig. W&M Vastgoed wordt veroordeeld tot het betalen van de proceskosten en moet [eiseres] binnen twee dagen weer toegang geven tot de woning, op straffe van een dwangsom.