Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 189 dagen met aftrek
- met opdracht aan de jeugdreclassering tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 80 uren, subsidiair 40 dagen vervangende jeugddetentie.
4.Waardering van het bewijs en bewezenverklaring
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen
€ 1.000,-. De benadeelde partij zal voor het overige deel niet-ontvankelijk worden verklaard. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
jeugddetentievoor de duur van
189 (honderdnegenentachtig) dagen;
180 (honderdtachtig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd,tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt vastgesteld op
2 (twee) jaren;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan jeugdreclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen en het zich melden bij de jeugdreclassering zo vaak en zolang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
werkstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, waarbij de Raad voor de Kinderbescherming dient te bepalen uit welke werkzaamheden de werkstraf dient te bestaan;
€ 3.500 (zegge: vijfendertighonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 15 november 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] te betalen
€ 3.500,-(hoofdsom,
zegge: vijfendertighonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] te betalen
€ 2.088,35(hoofdsom,
zegge: tweeduizend achtentachtig euro en vijfendertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam bedrijf 1] te betalen
€ 4.128,82(hoofdsom,
zegge: vierduizend honderdachtentwintig euro en tweeëntachtig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam bedrijf 2] te betalen
€ 202,48(hoofdsom,
zegge: tweehonderdtwee euro en achtenveertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
€ 639,15 (zegge: zeshonderdnegenendertig euro en vijftien eurocent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 15 november 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [benadeelde partij 3] te betalen
€ 639,15(hoofdsom,
zegge: zeshonderdnegenendertig euro en vijftien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;