Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de dagvaarding van 19 januari 2023;
- de akte houdende overlegging producties van [eiser] , met producties 1 tot en met 23;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens inhoudende eis in reconventie van Harbour c.s., met producties 1 tot en met 27;
- de conclusie van antwoord tevens inhoudende een eis in reconventie van Erasmus MC, met producties 1 tot en met 25;
- de brief van de rechtbank van 16 mei 2023, waarin partijen zijn opgeroepen voor een mondelinge behandeling;
- de brief van de rechtbank van 21 september 2023, met daarin een zittingsagenda;
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens akte overlegging producties, met producties 24 tot en met 53;
- de akte overlegging aanvullende producties van Harbour c.s., met producties 28 en 29;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, gehouden op 25 oktober 2023;
- de spreekaantekeningen van [eiser] , Harbour c.s. en Erasmus MC;
- de akte houdende overlegging producties en commentaar productie van [eiser] , met producties 54 en 55;
- de akte overlegging aanvullende producties van Harbour c.s., met productie 30;
- de akte overlegging aanvullende producties van Harbour c.s., met producties 31 en 32;
- de aanvullende akte na mondelinge behandeling van Erasmus MC;
- de antwoordakte van Harbour c.s.;
- de antwoordakte van Erasmus MC.
3.De feiten
Research & License Agreementgesloten met als ingangsdatum 27 december 2006. Op dezelfde datum is ook een
Research Consultancy Agreementgesloten, op grond waarvan laboratoria, personeel en faciliteiten ter beschikking zijn gesteld aan Harbour Antibodies.
Research & License Agreementis opgevolgd door een op 3 mei 2011 ondertekende
License Agreementtussen Erasmus MC, [eiser] , Erasmus MC Holding B.V. en Harbour Antibodies, met ingangsdatum 28 december 2009 (hierna aangeduid als “de licentieovereenkomst”). Op 3 mei 2011 is ook een herziene
Research Consultancy Agreementgesloten.
1.Definitions
2.Grant and Licence-back / Technical Assistance
5.Consideration
6.Commercialization
8.Warranty and Indemnity
9.Term and Termination
10.Non Assignment
14.Ownership, filing, prosecution and maintenance of Patents
15.Registration
17.Applicable legislation, dispute resolution
Heavy Chain only Antibodies-platform. Harbour Antibodies heeft aan Harbour HCab een sublicentie verstrekt.
Litigation and Cooperation Agreement(hierna: de
Litigation Agreement)toegestuurd aan [eiser] met het verzoek deze te ondertekenen. In de begeleidende e-mail staat onder meer het volgende:
Litigation Agreement, die is gesloten tussen [eiser] , Erasmus MC en Harbour Antibodies en als ingangsdatum 19 november 2021 heeft, staat onder meer het volgende:
10.ENFORCEMENT OF PATENT RIGHTS.
12.CALIFORNIA LAW.
United States District Court for the District of Delaware. Ook Erasmus MC en [eiser] zijn als eisers bij die procedure betrokken. De procedure is ingesteld tegen TeneoBio en houdt verband met een door TeneoBio ontwikkeld platform voor transgene ratten. De procedure wordt hierna ook aangeduid als “de Amerikaanse procedure”.
Motion to Lift Stay).
4.Het geschil
in conventie
Litigation and Cooperation Agreement, in het bijzonder, maar zonder beperking tot, artikel 10.2 daarvan, onmiddellijk na betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis te voegen als mede-eiser in de handhavingsprocedure van Harbour c.s. tegen TeneoBio (en om zich daar niet uit terug te trekken) en om, na een redelijk verzoek van Harbour c.s., zijn volledige medewerking aan die procedure te verlenen op straffe van een dwangsom van EUR 100.000,- voor iedere dag dat [eiser] daarmee in gebreke blijft en waarbij een dagdeel als één dag wordt gerekend;
Preliminary Infringement Analysis’ die [eiser] aan uw rechtbank heeft verstrekt als Productie EP 9 bij de Dagvaarding) aan derden, waaronder maar niet beperkt tot Amgen en Tenebio Inc. dat Harbour c.s. niet bevoegd zouden zijn om de Amerikaanse Octrooien te handhaven tegen TeneoBio, op straffe van verbeurte van een dwangsom van EUR 100.000,- voor iedere verklaring of mededeling die [eiser] doet vermeerderd met een bedrag van EUR 50.000,- voor iedere dag dat [eiser] die verklaring of mededeling niet schriftelijk rectificeert;
5.De beoordeling
in conventie en in reconventie
Litigation Agreementis op grond van artikel 12 het recht van de staat Californië van toepassing.
Litigation Agreement. De reconventionele vorderingen I en II van Harbour c.s. zijn gebaseerd op de daar tegenover staande uitleg van gedaagden. Hangende deze procedure heeft Erasmus MC haar aandeel in de octrooien overgedragen aan Harbour Antibodies. Na die overdracht voegde [eiser] een Amerikaans procesrechtelijk argument (de zogenaamde
constitutional standing) als grondslag toe aan zijn vorderingen 2 tot en met 4.
constitutional standinghebben in de Amerikaanse procedure. De Amerikaanse rechter moet, onder meer op basis van de beoordeling van de door [eiser] in deze Nederlandse procedure gevraagde verklaringen van recht, beslissen over de vraag van de
standing, omdat Nederlands recht van toepassing is op, kort gezegd, de licentie. Volgens [eiser] houdt hij ook belang bij vordering 1 om te kunnen bepalen hoe de eventuele opbrengst van de Amerikaanse procedure moet worden verdeeld. Verder hebben Harbour c.s. er zelf, terecht, op gewezen dat Harbour Antibodies na de overdracht niet alleen mede-eigenaar is van de octrooien, maar ook nog steeds licentienemer. [eiser] heeft immers nog steeds zijn eigen aandeel in de octrooien en geen van partijen heeft gesteld dat de licentieovereenkomst in de relatie tussen [eiser] en Harbour Antibodies is beëindigd. Volgens Harbour c.s. hebben zij nog steeds belang bij een verklaring van recht over de reikwijdte van het contractuele recht van Harbour c.s. om de gelicenseerde octrooien te handhaven tegen vermeende inbreukmakers.
Research Consultancy Agreementverdere ontwikkelings- en onderzoekswerkzaamheden verrichtte en de resultaten waarop Harbour Antibodies recht zou hebben beperkt moesten blijven tot de in de octrooien geclaimde werkwijzen en verbeteringen daarvan. Erasmus MC is een academisch centrum met veel activiteiten op het gebied van antilichamen, ook op terreinen die niets met de in de octrooien geclaimde technologie te maken hebben. Tijdens het sluiten van de licentieovereenkomst was het voor Erasmus MC nog niet duidelijk waar haar verdere onderzoek toe zou leiden en of zij ook buiten transgene muizen onderzoek wilde doen. Zij wilde die mogelijkheid openhouden. Zij kon Harbour Antibodies daarom geen onbeperkte rechten geven op de resultaten van toekomstig onderzoek, aldus Erasmus MC.
Research & License Agreementuit 2006 bepaald was dat de octrooien bij het bereiken van bepaalde mijlpalen aan Harbour Antibodies zouden worden overgedragen. Deze bepalingen impliceren dat alleen Harbour Antibodies de octrooien commercieel zou gebruiken en alleen zij licentienemer zou zijn, aldus Harbour c.s. en Erasmus MC.
Research & License Agreementuit 2006 en de daaraan voorafgaande
term sheet. De rechtbank gaat daaraan voorbij. Het gaat in deze procedure om de uitleg van de jaren later, in 2011, gesloten overeenkomst, waarover uitgebreid is onderhandeld. Bovendien was ook in de overeenkomst uit 2006 het werkveld (“the Field”) beperkt tot transgene muizen.
Litigation Agreementdie op 19 november 2021 is gesloten tussen [eiser] , Erasmus MC en Harbour Antibodies.
Litigation Agreementbepaalt dat de rechten en verplichtingen van partijen uit artikel 14.3 van de licentieovereenkomst ongewijzigd blijven. Zoals eerder in dit vonnis is overwogen, kent artikel 14.3 van de licentieovereenkomst geen beperking tot transgene muizen. Dat uit de eerste twee overwegingen van de
Litigation Agreementblijkt dat deze overeenkomst afhankelijk is van de licentieovereenkomst en in artikel 10.1 wordt verwezen naar “Licensed Methods or Licensed Products”, betekent niet dat de
Litigation Agreementis beperkt tot handhaving van de octrooien met betrekking tot technologie op basis van transgene muizen. Een dergelijke beperking is nergens in de
Litigation Agreementte lezen, ook niet in de definitiebepalingen. Een expliciete vermelding lag wel voor de hand, als zo’n beperking was beoogd.
Litigation Agreementis opgesteld met het oog op het optreden tegen de vermeende inbreuk op de octrooien door TeneoBio in Amerika. [eiser] heeft niet betwist dat hij wist dat TeneoBio zich bezighield met het ontwikkelen van een platform voor transgene ratten. Uit het business plan 2010-2011 blijkt dat [eiser] destijds al op de hoogte was van de activiteiten van TeneoBio, althans haar rechtsvoorganger OMT. Dat hij dit al wist vóórdat hij de
Litigation Agreementtekende blijkt voorts uit het feit dat Harbour Antibodies hem op 10 november 2021 tegelijk met de
Litigation Agreementeen document genaamd “Initial Infringement Analyses-TeneoBio” stuurde. Harbour c.s. en Erasmus MC hebben onweersproken gesteld dat in dat document staat dat de inbreuk op de octrooirechten door TeneoBio ziet op toepassingen van de uitvindingen met betrekking tot transgene ratten. Door de
Litigation Agreementvervolgens te tekenen, bevestigde [eiser] zijn instemming met de handhaving van de octrooien tegen toepassing in transgene ratten. Dit verdraagt zich niet met zijn huidige standpunten dat de
Litigation Agreementis beperkt tot transgene muizen, dat hij er in goed vertrouwen van uitging dat deze net zo beperkt was als de licentie en dat hij pas op 5 april 2022 ontdekte dat de Amerikaanse procedure over transgene ratten ging.
Litigation Agreementniet uitgebreid met hem is besproken, dat hij daarover geen juridisch advies heeft gehad – nog daargelaten dat in ieder geval dit laatste voor zijn rekening en risico komt – onbesproken blijven.
constitutional standinghebben in die procedure).
constitutional standinghebben in de Amerikaanse procedure en zich daaruit daarom moeten terugtrekken. Tijdens de mondelinge behandeling verwoordde hij dat zo dat zijn vorderingen 2 tot en met 4 zijn gebaseerd op het uitgangspunt dat Harbour c.s. geen procesbevoegdheid hebben in Amerika. In deze procedure in Nederland vraagt hij de rechtbank om dat te bevestigen.
constitutional standinghebben door de Amerikaanse rechter moet worden beslist, naar Amerikaans (proces)recht. De vraag naar de
constitutional standingheeft een overwegend procesrechtelijk karakter. Wereldwijd geldt de regel dat de rechter zijn ‘eigen’ procesrecht toepast, ook als op onderdelen van het materiële geschil vreemd recht van toepassing is. Het is niet aan de Nederlandse rechter om zich in deze Nederlandse procedure over de vraag naar
standingte buigen. De rechtbank merkt daarbij op dat de uitleg van de licentieovereenkomst mogelijk wel van belang is voor de beantwoording van de vraag naar de
standingdoor de Amerikaanse rechter. Daarover is hierboven dan ook geoordeeld. Of en hoe de beoordeling van de
standingdoor de Amerikaanse rechter wordt beïnvloed door het feit dat Harbour Antibodies inmiddels mede-octrooihouder is, is eveneens ter beslissing aan de Amerikaanse rechter.
standingis in Amerika. Als Harbour c.s. in de Amerikaanse procedure echter géén
standinghebben, moeten zij zich daar uit terugtrekken, en als zij dat niet vrijwillig doen kan de Amerikaanse rechter hen uit die procedure verwijderen, aldus nog steeds [eiser] . Dit laatste hebben Harbour c.s. niet betwist.
Litigation Agreementna te komen. Door de handelwijze van [eiser] hebben Harbour c.s. aanzienlijke extra juridische kosten moeten maken en is de procedure in de Verenigde Staten opgeschort. Deze stellingen van Harbour c.s. zijn niet voldoende. Het is niet onrechtmatig om een geschil juridisch uit te vechten. De daarmee gemoeide kosten vormen in beginsel dan ook geen te vergoeden schade, maar zijn een bij de rechtsgang behorend aspect.
Litigation Agreement(mede inhoudende maar niet beperkt tot een gebod zich niet terug te trekken als eisende partij uit de Amerikaanse procedure) en (II) [eiser] te gebieden zich te onthouden van verklaringen en/of mededelingen aan derden dat Harbour c.s. niet bevoegd zouden zijn om de octrooien te handhaven tegen TeneoBio.