Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 jaren met aftrek van voorarrest;
- terbeschikkingstelling van de verdachte met de voorwaarden zoals deze door de reclassering zijn geadviseerd, alsmede de dadelijke uitvoerbaarheid hiervan;
- oplegging van een vrijheidsbeperkende maatregel ex artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht inhoudende een contactverbod met de aangeefsters voor de duur van 5 jaren, alsmede de dadelijke uitvoerbaarheid van deze maatregel;
- oplegging van een maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding en vrijheidsbeperking ex artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht;
- opheffing van de schorsing van de bevelen voorlopige hechtenis;
- integrale toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen vermeerderd met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
4.Waardering van het bewijs
10-342551-21
5.Vorderingen benadeelde partijen
6.Bijlage
7.Beslissing
niet bewezen, dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
niet-ontvankelijkin de vordering;
niet-ontvankelijkin de vordering;