ECLI:NL:RBROT:2024:7461

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 augustus 2024
Publicatiedatum
13 augustus 2024
Zaaknummer
24/7051
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening tegen gebiedsverbod opgelegd door burgemeester

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 augustus 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. C. Crince Le Roy, had bezwaar gemaakt tegen een door de burgemeester van Capelle aan den IJssel opgelegd gebiedsverbod van drie maanden, omdat hij de openbare orde ernstig zou hebben verstoord. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 8 augustus 2024 behandeld, waarbij zowel de gemachtigde van verzoeker als de burgemeester aanwezig waren.

De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoeker niet ingeschreven stond in de basisregistratie personen, maar dat hij wel op het adres van zijn moeder verbleef. De burgemeester had het gebiedsverbod gebaseerd op een aanhouding van verzoeker in verband met een handvuurwapen en een chatbericht op Snapchat waarin stond dat niemand de [straatnaam 1] mocht betreden. De voorzieningenrechter concludeerde echter dat er geen sprake was van een ernstige verstoring van de openbare orde en dat de burgemeester niet bevoegd was om het gebiedsverbod op te leggen.

Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek toegewezen en het bestreden besluit geschorst tot twee weken na de bekendmaking van het besluit op bezwaar. Tevens werd de burgemeester veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan verzoeker. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Bestuursrecht
zaaknummer: ROT 24/7051

uitspraak van de voorzieningenrechter van 15 augustus 2024 in de zaak tussen

[verzoeker], uit [plaatsnaam], verzoeker

(gemachtigde: mr. C. Crince Le Roy),
en

de burgemeester van Capelle aan den IJssel

(gemachtigde: mr. S. van Boxel).

Inleiding

1. Met het bestreden besluit van 1 juli 2024 heeft de burgemeester aan verzoeker een gebiedsverbod opgelegd voor drie maanden. Verzoeker heeft hiertegen bezwaar gemaakt. Ook heeft hij de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
2. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 8 augustus 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van verzoeker en de gemachtigde van de burgemeester.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

3. Verzoeker staat niet ingeschreven in de basisregistratie personen (brp). Volgens de brp woonde hij eerder op het adres [adres]; dit is het adres van zijn moeder.
4. Op 19 en 20 maart 2024 heeft iemand met de accountnaam [accountnaam] op snapchat een gesprek gevoerd met iemand die woont op de [straatnaam 1]. [accountnaam] heeft in het gesprek aangegeven dat niemand de [straatnaam 1] mag betreden. Uit het gesprek kwam verder naar voren dat [accountnaam] de beschikking had over een handvuurwapen. Na onderzoek van de politie bleek het account [accountnaam] van verzoeker te zijn. Verzoeker is op 3 april 2024 aangehouden vanwege een foto waarop hij te zien is met een handvuurwapen. De politie heeft de woning van verzoekers moeder doorzocht en daar is een balletjespistool aangetroffen. Verzoeker heeft verklaard dat het balletjespistool van hem is. Dit blijkt uit een bestuurlijke rapportage van de politie van 24 april 2024.
De politie maakt in deze rapportage ook melding van twee incidenten op de [straatnaam 1] op
15 maart en 3 april 2024.
Waar gaat het in deze zaak om?
5. Naar aanleiding van de politierapportage heeft de burgemeester besloten om aan verzoeker een gebiedsverbod op te leggen voor de duur van drie maanden voor het gebied rond de [straatnaam 1]. [1] Verzoeker is het hier niet mee eens. Hij wil met het verzoek om een voorlopige voorziening bereiken dat het gebiedsverbod wordt opgeschort, zodat hij zich binnen dat gebied vrij kan bewegen.
De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe
6. De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe. Hierna legt de voorzieningenrechter uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventueel) bodemgeding niet.
Heeft verzoeker een spoedeisend belang?
7. Een procedure bij de voorzieningenrechter is een spoedprocedure. Een voorlopige voorziening kan alleen worden getroffen als er een spoedeisend belang is, waardoor iemand niet kan wachten op een beslissing op zijn bezwaar- of beroepschrift.
De voorzieningenrechter dient eerst te bepalen of er voldoende spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorziening is voordat de zaak inhoudelijk kan worden beoordeeld.
8. Tijdens de zitting is niet duidelijk geworden waarom verzoeker niet ingeschreven staat in de brp. Volgens verzoeker verblijft hij wel op het adres van zijn moeder.
Aangezien die woning binnen het gebied van het gebiedsverbod valt, wordt verzoeker ernstig beperkt in zijn bewegingsvrijheid. De voorzieningenrechter vindt daarom dat verzoeker een spoedeisend belang heeft bij zijn verzoek.
Waarom wordt het verzoek toegewezen?
9. De burgemeester kan een gebiedsverbod opleggen als verzoeker de openbare orde ernstig heeft verstoord en er ernstige vrees bestaat voor verdere verstoring van de openbare orde. [2]
10. De burgemeester heeft het gebiedsverbod gebaseerd op de aanhouding van verzoeker vanwege een foto met een handvuurwapen, een bericht op snapchat waarin staat dat niemand de [straatnaam 1] mag betreden en het aantreffen van een balletjespistool in de woning van verzoekers moeder. De voorzieningenrechter vindt dit geen ernstige verstoring van de openbare orde. De omstandigheid dat verzoeker een bekende is van de politie en genoemd wordt in de doelgroep ‘high impact crime’, maakt dat niet anders.
De burgemeester heeft nog verwezen naar incidenten op 15 maart 2024 (mishandeling van de persoon met wie verzoeker het chatgesprek had) en 3 april 2024 (grote vechtpartij), maar er is niet gebleken dat verzoeker hier iets mee te maken had.
11. Nu er geen sprake is van een ernstige verstoring van de openbare orde, was de burgemeester niet bevoegd om verzoeker een gebiedsverbod op te leggen.
De voorzieningenrechter verwacht daarom dat het bestreden besluit in bezwaar geen stand zal houden. Zij ziet dan ook aanleiding om een voorlopige voorziening te treffen.

Conclusie en gevolgen

12. De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe en treft de voorlopige voorziening dat het bestreden besluit is geschorst tot twee weken na de bekendmaking van het besluit op bezwaar. Dat betekent dat verzoeker zich voorlopig binnen het gebied van het gebiedsverbod mag begeven.
13. Omdat de voorzieningenrechter het verzoek toewijst, moet de burgemeester het griffierecht aan verzoeker vergoeden. Verzoeker krijgt ook een vergoeding van zijn proceskosten. De burgemeester moet deze vergoeding betalen. De vergoeding is met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht als volgt berekend. Voor de rechtsbijstand door een gemachtigde krijgt verzoeker een vast bedrag per proceshandeling. De gemachtigde heeft het verzoekschrift ingediend en heeft aan de zitting deelgenomen. Elke proceshandeling heeft een waarde van € 875,-. Verder zijn er geen kosten gemaakt die vergoed kunnen worden. De vergoeding bedraagt dan in totaal € 1.750,-.

Beslissing

De voorzieningenrechter:
- schorst het bestreden besluit tot twee weken na de bekendmaking van de beslissing op bezwaar;
- bepaalt dat de burgemeester het griffierecht van € 187,- aan verzoeker moet vergoeden;
- veroordeelt de burgemeester tot betaling van € 1.750,- aan proceskosten aan verzoeker.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.J. Rutten, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van E.C. Petrusma, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 15 augustus 2024.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Het gebied wordt omsloten door de volgende straten: [straatnaam 2], [straatnaam 3], [straatnaam 4] en [straatnaam 5].
2.Artikel 172a, eerste lid, aanhef en onder a, van de Gemeentewet.