ECLI:NL:RBROT:2024:7379
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding huurovereenkomst en betaling huurachterstand in huurzaak tussen Stichting Havensteder en [persoon A]
In deze zaak heeft de kantonrechter op 9 augustus 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Havensteder en [persoon A] betreffende een huurachterstand en de ontbinding van de huurovereenkomst. Stichting Havensteder, eiseres in conventie, heeft [persoon A] aangeklaagd vanwege een huurachterstand van € 5.319,43 en heeft verzocht om ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde. [persoon A] heeft de huurachterstand erkend, maar heeft in reconventie een vergoeding geëist voor verbeteringen aan het gehuurde en een beroep gedaan op verrekening met de waarborgsom.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat [persoon A] een huurachterstand van € 3.805,25 heeft en heeft de ontbinding van de huurovereenkomst toegewezen, omdat de huurachterstand ernstig genoeg was. [persoon A] is veroordeeld om het gehuurde binnen 14 dagen te ontruimen en een gebruiksvergoeding van € 900,75 per maand te betalen tot de ontruiming. Daarnaast is [persoon A] veroordeeld tot betaling van een contractuele boete van € 1.200,- en incassokosten van € 314,18. De rente over de huurachterstand is afgewezen, maar de rente over de lopende huurtermijnen is toegewezen.
De tegeneis van [persoon A] is afgewezen omdat deze niet onderbouwd was. Tevens is [persoon A] veroordeeld in de proceskosten, die aan de kant van Havensteder zijn begroot op € 1.138,05. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat het onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.