Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 20 maart 2024 en de daaraan ten grondslag liggende processtukken;
- de akte houdende bewijslevering tevens houdende overlegging producties van TOF, met producties 24 tot en met 51;
- de antwoordakte bewijsopdracht/producties van BodyBase.
2.De verdere beoordeling
De stand van zaken
gemotiveerdheeft betwist dat de door TOF overgelegde foto’s betrekking hebben op de door TOF uitgevoerde werkzaamheden. Zij stelt slechts dat daaruit niet blijkt wanneer deze zijn genomen, wat daarop te zien is of wie de betreffende verrichtingen heeft uitgevoerd. BodyBase is nota bene eigenaresse van het pand en dus bekend met het pand. Zij heeft eerder aangevoerd dat een groot deel van de werkzaamheden is verricht door de heer [persoon A] in de periode dat hij na de betrokkenheid van TOF voor BodyBase werkzaam was. Het had op de weg van BodyBase gelegen om te onderbouwen dat de foto’s op die door de heer [persoon A] (en niet door TOF) verrichte werkzaamheden zien, of bijvoorbeeld op een ander pand dan de [adres] betrekking hebben. Omdat BodyBase dat niet heeft gedaan, dragen de foto’s naar het oordeel van de rechtbank bij aan het bewijs van TOF dat zij de werkzaamheden genoemd in het overzicht van de stand van zaken van 24 oktober 2022 heeft uitgevoerd. In zoverre heeft TOF bewijs geleverd van haar stelling dat zij de werkzaamheden die zij met factuur [factuurnummer 2] in rekening heeft gebracht, heeft uitgevoerd. BodyBase heeft geen tegenbewijs geleverd, terwijl dat wel mogelijk was en op haar weg had gelegen.
- salaris advocaat € 1.228,00 (twee punten x tarief II)
- nakosten