ECLI:NL:RBROT:2024:7248
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsanering wegens onvoldoende inzicht in schuldenlast en niet te goeder trouw handelen
Op 9 oktober 2023 heeft verzoeker een verzoekschrift ingediend voor de toepassing van de schuldsaneringsregeling (wsnp). Tijdens de zitting op 12 januari 2024 is verzoeker gehoord. Voorafgaand aan de zitting heeft een consulent van Stroomopwaarts, die de aanvraag indiende, aangegeven dat zij niet achter de aanvraag staat. De schuldenlast van verzoeker bedraagt € 37.028,46, maar er is onvoldoende inzicht in de aard en omvang van deze schulden. De rechtbank oordeelt dat verzoeker niet te goeder trouw is geweest bij het ontstaan van zijn schulden, aangezien hij tijdens het moratorium nieuwe schulden heeft laten ontstaan, waaronder een huurschuld van € 5.472,15. Verzoeker heeft geen bewijs geleverd van afbetalingen van schulden en de crediteurenlijst geeft geen duidelijkheid over de actuele schuldenlast. De rechtbank concludeert dat verzoeker niet voldoet aan de eisen voor toelating tot de wsnp en wijst het verzoek af. De rechtbank merkt op dat verzoeker wel positieve ontwikkelingen heeft doorgemaakt, zoals het behalen van een diploma en een fulltime dienstverband, maar dat deze niet voldoende zijn om toelating tot de schuldsaneringsregeling te rechtvaardigen. De rechtbank besluit het verzoek af te wijzen, met de mogelijkheid voor verzoeker om in de toekomst opnieuw een verzoek in te dienen, mits hij budgetbeheer of beschermingsbewind regelt.