ECLI:NL:RBROT:2024:7134

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 juli 2024
Publicatiedatum
31 juli 2024
Zaaknummer
FT RK\24.426
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsanering met betrekking tot problematische schuldensituatie

Op 25 juli 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak van mevrouw [verzoekster], die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. Mevrouw [verzoekster] heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). De rechtbank heeft dit verzoek toegewezen, na beoordeling van haar financiële situatie en de omstandigheden rondom haar schulden. Tijdens de zitting op 17 juli 2024 waren mevrouw [verzoekster], een vertegenwoordiger van de Kredietbank Rotterdam en een begeleider aanwezig. De rechtbank heeft vastgesteld dat mevrouw [verzoekster] aan de voorwaarden voor toelating tot de WSNP voldoet, waaronder de goede trouw bij het ontstaan van haar schulden. Een belangrijke schuld betreft een bedrag van € 223,94 aan Esso, ontstaan door tanken zonder te betalen, wat mevrouw [verzoekster] aan haar ex-partner toeschrijft. De rechtbank heeft ook gekeken naar andere schulden, waaronder motorrijtuigenbelasting en vaste lasten, en concludeert dat mevrouw [verzoekster] in staat is om aan de verplichtingen van de WSNP te voldoen. De rechtbank heeft een rechter-commissaris benoemd en de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling vastgesteld op 25 juli 2024, met een einddatum op 25 januari 2026. De rechtbank heeft ook een bewindvoerder aangesteld die toezicht houdt op de naleving van de verplichtingen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen acht dagen na de uitspraak.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team insolventie
insolventienummer: [nummer]
vonnis van:
25 juli 2024
op het verzoek van:
[verzoekster],
wonende te [adres] ,
[postcode] [woonplaats] .
Waar deze zaak over gaat
Mevrouw [verzoekster] bevindt zich in een problematische schuldensituatie. Om tot een oplossing voor haar schulden te komen heeft mevrouw [verzoekster] een verzoek gedaan te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). Dit verzoek wordt toegewezen.

1.De procedure

1.1.
Mevrouw [verzoekster] heeft een verzoek ingediend om te worden toegelaten tot de WSNP.
1.2.
Het verzoek is behandeld op de zitting van 17 juli 2024. Op de zitting zijn verschenen:
- mevrouw [verzoekster] ,
- de heer [persoon A] , werkzaam bij Kredietbank Rotterdam (hierna: schuldhulpverlening);
- mevrouw [persoon A] , begeleiding.

2.De beoordeling van het verzoek

De toelating

2.1.
Mevrouw [verzoekster] kan worden toegelaten tot de WSNP als zij zich in een problematische schuldensituatie bevindt en zij te goeder trouw was bij het ontstaan en onbetaald laten van haar schulden. De rechtbank kijkt daarbij vooral naar de afgelopen drie jaar. Ook moet de verwachting bestaan dat mevrouw [verzoekster] aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen.
2.2.
Mevrouw [verzoekster] voldoet aan alle eisen en wordt toegelaten tot de WSNP.
Goede-trouw-toets
2.3.
Tien van de veertien schulden van mevrouw [verzoekster] vallen binnen de driejaarstermijn. Een opvallende schuld binnen de driejaarstermijn is de schuld aan Esso Kanaalweg van € 223,94, ontstaan op 20 februari 2022. Deze schuld is ontstaan door tanken zonder te betalen en naar haar aard niet te goeder trouw ontstaan. Ter zitting heef mevrouw [verzoekster] hierover verklaard dat dit is gedaan door een ex-partner van haar. Zij erkent haar verantwoordelijkheid hierin en dat het onverstandig was een auto op haar naam te laten registreren voor het gebruik van een ander dan zijzelf. Mevrouw [verzoekster] is niet meer in het bezit van een auto, waardoor de kans op nieuwe schulden van deze aard zeer klein is. Ook de schuld van € 1.265,00 aan de Belastingdienst hangt samen met het bezit van de auto, want het gaat om motorrijtuigenbelasting voor de jaren 2022 en 2023.
Verplichtingen
2.4.
De verplichtingen waaraan mevrouw [verzoekster] tijdens de WSNP moet voldoen zijn: een informatieverplichting, een inspanningsverplichting, een verplichting geen nieuwe schulden te laten ontstaan, de verplichting om schuldeisers niet te benadelen en een afdrachtverplichting. Er wordt een bewindvoerder benoemd. Deze bewindvoerder controleert of de verplichtingen worden nagekomen. Er wordt ook een rechter-commissaris benoemd. De taak van de rechter-commissaris is om toezicht te houden op de bewindvoerder.
2.5.
De schuld aan Nuon Vattenfall (energie) van € 441,00, ontstaan op 4 juni 2023 en de schuld aan Evides (water) van € 81,99 ontstaan op 1 februari 2023 duiden op schulden in de vaste lasten. Inmiddels heeft mevrouw [verzoekster] budgetbeheer, waardoor het maken van nieuwe schulden op dit gebied niet in de lijn der verwachtingen ligt. De rechtbank acht mevrouw [verzoekster] in staat om aan de verplichtingen te kunnen voldoen.
Hardheidsclausule
2.6.
Gezien de gemotiveerde houding van mevrouw [verzoekster] , het budgetbeheer, de begeleiding vanuit Stichting Enver en het niet langer in bezit hebben van een auto, acht de rechtbank voldoende aanwezig om vast te stellen dat sprake is van een wending ten goede.
2.7.
Als mevrouw [verzoekster] zich tijdens het WSNP-traject houdt aan alle verplichtingen die de WSNP met zich brengt, eindigt het traject met de zogenoemde “schone lei”. Dit betekent dat schuldeisers hun vorderingen ten aanzien waarvan de WSNP werkt niet meer op mevrouw [verzoekster] kunnen verhalen.
2.8.
De eerste 13 maanden van het traject geldt een postblokkade. Dat betekent dat in die periode alle post naar de bewindvoerder gaat. De bewindvoerder stuurt de post na controle door aan de mevrouw [verzoekster] . Als de schuldsaneringsregeling eerder eindigt, stopt ook de postblokkade.
2.9.
De rechtbank is, gelet op het bepaalde in artikel 3 lid 1 Verordening (EU) 2015/848 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie, bevoegd deze insolventieprocedure als hoofdprocedure te openen nu het centrum van voornaamste belangen van mevrouw [verzoekster] in Nederland ligt.

3.De beslissing

De rechtbank:
- spreekt de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling uit ten aanzien van:
[verzoekster],
geboren op [geboortedatum] -2001 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] , [postcode] [woonplaats] ;
- benoemt tot rechter-commissaris mr. C.G.E. Prenger
en tot bewindvoerder M. Zomerdijk,
gevestigd te Postbus 81145,
3009 GC Rotterdam;
- stelt de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling vast op 25 juli 2024 en de einddatum op 25 januari 2026;
- draagt de bewindvoerder op om de komende dertien maanden de post van mevrouw [verzoekster] in te zien;
- bepaalt dat de bewindvoerder een voorschot op de vergoeding mag nemen volgens het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering. Deze vergoeding is gelijk aan 1/19e deel van de overeenkomstig artikel 2 van dat Besluit te berekenen vergoeding. Dit kan alleen:
- zolang de schuldsaneringsregeling loopt en,
- voor zover de boedel toereikend is.
Dit is de beslissing van mr. B. Tideman, rechter, in samenwerking met L.M. Heinis, griffier. Deze beslissing is in het openbaar uitgesproken op 25 juli 2024. [1]

Voetnoten

1.