4.4.Bewezenverklaring
Feit 1
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 ten laste gelegde heeft begaan.
Feit 2 en 3
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
1.
Hij op 12 maart 2024 te
Hellevoetsluis, een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een vuurwapen in de zin van artikel 1 onder 3 van die wet in de vorm van een omgebouwd gaspistool, van het merk Ekol, type Alp2, kaliber
7.65mm, en (voor dit vuurwapen geschikte) munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet van de
Categorie III, te weten een of meer kogelpatronen, kaliber 7.65mm,
voorhanden heeft gehad;
2
hij op 12 maart 2024 te
Hellevoetsluis, opzettelijk aanwezig heeft gehad,
- ongeveer 32,4 gram, van een materiaal
bevattende MDMA en
- ongeveer 2,2 gram, van een materiaal bevattende
cocaïne en
- ongeveer 0,7 gram, van een materiaal bevattende
heroïne,
zijnde MDMA en cocaïne en heroïne
(telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
3
hij op 12 maart 2024 te
Hellevoetsluis, opzettelijk aanwezig heeft gehad,
ongeveer 59,7 gram, van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en
plantaardige elementen van hennep (hasjiesj) waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd, zijnde hasjiesj een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II,
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet (ook) daarvan worden vrijgesproken.