ECLI:NL:RBROT:2024:6850
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verdeling van de verkoopopbrengst van een woning en verrekening van vorderingen tussen ex-samenwoners
In deze zaak hebben partijen, [eiser] en [gedaagde], die een relatie hebben gehad, een geschil over de verdeling van de verkoopopbrengst van een woning in [plaatsnaam 3] die zij samen hebben gekocht en inmiddels hebben verkocht. De netto-verkoopopbrengst van € 100.770,26 wordt door de notaris in depot gehouden. [eiser] vordert dat de rechtbank de netto-verkoopopbrengst bij helfte verdeelt en daarnaast verschillende vorderingen van hem op [gedaagde] toewijst, waaronder een gebruiksvergoeding en vergoedingen voor hypotheeklasten en andere kosten. [gedaagde] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen van [eiser]. De rechtbank oordeelt dat de verkoopopbrengst van de woning in [plaatsnaam 3] bij helfte moet worden verdeeld, maar dat [eiser] geen recht heeft op een gebruiksvergoeding, omdat partijen stilzwijgend zijn overeengekomen dat [gedaagde] de lasten van de woning zou dragen. De rechtbank wijst ook enkele vorderingen van [eiser] toe, zoals de terugbetaling van een lening aan [gedaagde] en de vergoeding van kosten voor de aankoopbegeleiding van de woning in [plaatsnaam 2]. Na verrekening van de vorderingen resteert er een bedrag van € 259,78 dat [gedaagde] aan [eiser] moet betalen. De rechtbank verklaart het vonnis uitvoerbaar bij voorraad en compenseert de proceskosten tussen partijen.