ECLI:NL:RBROT:2024:6768
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor inrichtings- en stofferingskosten op grond van de Participatiewet
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 17 juli 2024, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker afgewezen. Verzoeker had een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand voor inrichtings- en stofferingskosten, welke door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel was afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelt dat verzoeker niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij niet in staat was om voor deze kosten te reserveren uit zijn inkomen. Verzoeker, die eind 2022 naar Noord-Macedonië was geremigreerd en in maart 2023 terugkeerde naar Nederland, ontving sinds 1 september 2023 een bijstandsuitkering van de gemeente Rotterdam. Na zijn verhuizing naar een eigen woning in februari 2024, vroeg hij bijzondere bijstand aan voor de kosten van inrichting en stoffering. Het college wees deze aanvraag af, stellende dat de kosten normale uitgaven zijn die uit het inkomen moeten worden betaald. Verzoeker stelde dat zijn medische problemen en schulden hem verhinderden om te reserveren, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat hij niet voldoende bewijs had geleverd voor zijn claims. De voorzieningenrechter concludeert dat de afwijzing van de aanvraag niet onevenredig is en wijst het verzoek om voorlopige voorziening af. Er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.