In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 13 juni 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker], een vrachtwagenchauffeur, en zijn werkgever, Schenk-Papendrecht B.V. [verzoeker] was op staande voet ontslagen omdat hij het 'dodemanssysteem' van zijn tankwagen had gemanipuleerd. Dit systeem is cruciaal voor de veiligheid tijdens het lossen van CO2, omdat het ervoor zorgt dat de chauffeur regelmatig een knop moet indrukken om de lossing te continueren. Schenk stelde dat [verzoeker] op 9 februari 2024 tijdens het lossen was geobserveerd door een Regional Driver Trainer, die constateerde dat [verzoeker] zich in de cabine bevond en het systeem had omzeild door het met draden te overbruggen. De werkgever vond dit een dringende reden voor ontslag op staande voet.
[verzoeker] verzocht de kantonrechter om het ontslag te vernietigen en om hem zijn salaris en andere emolumenten te betalen. Hij betwistte de rechtmatigheid van het ontslag en stelde dat hij niet op de hoogte was van de gevaren van het systeem. De kantonrechter oordeelde echter dat het ontslag rechtsgeldig was, omdat [verzoeker] bewust de veiligheidsvoorschriften had omzeild en hij was gewaarschuwd dat dit tot ontslag zou leiden. De kantonrechter wees het verzoek van [verzoeker] af, met uitzondering van de vordering tot betaling van 26 uren aan ten onrechte ingehouden onbetaald verlof, die werd toegewezen. [verzoeker] werd veroordeeld in de proceskosten van Schenk.
De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden nageleefd, ook als er hoger beroep wordt aangetekend.