ECLI:NL:RBROT:2024:6267

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
25 juni 2024
Publicatiedatum
5 juli 2024
Zaaknummer
10709197 CV EXPL 23-25680
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Oneerlijke huurprijswijzigingsbepaling in huurgeschil

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam, gaat het om een geschil tussen Vivada Properties VII Rotterdam B.V. en een gedaagde die niet in de procedure is verschenen. De zaak betreft een huurprijswijzigingsbepaling die door de kantonrechter als oneerlijk is beoordeeld. De uitspraak vond plaats op 25 juni 2024, na een tussenvonnis op 14 mei 2024 waarin werd geoordeeld dat de oorspronkelijke huurprijs van € 795,- per maand gehandhaafd blijft. Vivada werd gevraagd om informatie te verstrekken over de hoogte van een eventuele huurachterstand, maar heeft niet gereageerd op het tussenvonnis. Hierdoor kon de kantonrechter niet vaststellen of er daadwerkelijk een huurachterstand was en werd de eis van Vivada afgewezen. De kantonrechter oordeelde dat Vivada de proceskosten moest betalen, maar deze werden aan de kant van de gedaagde op nihil begroot, aangezien deze niet in de procedure was verschenen. De beslissing van de kantonrechter omvatte de afwijzing van de eis en de veroordeling van Vivada in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10709197 CV EXPL 23-25680
datum uitspraak: 25 juni 2024
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Vivada Properties VII Rotterdam B.V.,
vestigingsplaats: Rotterdam,
eiseres,
gemachtigde: gerechtsdeurwaarder mr. E.L.B. Hundscheidt,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [woonplaats],
gedaagde,
die niet in de procedure is verschenen.
De partijen worden hierna ‘Vivada’ en ‘[gedaagde]’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
- het tussenvonnis van 14 mei 2024 en de daarin genoemde stukken.

2.De verdere beoordeling

2.1.
In het tussenvonnis is geoordeeld dat de huurprijswijzigingsbepaling oneerlijk is en dat daarom de eerste huurprijs van € 795,- per maand is blijven gelden. Vivada is in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de hoogte van de eventuele huurachterstand op basis van deze huurprijs. In het bijzonder heeft de kantonrechter verzocht om toezending van de brieven waarin de huurverhoging aan [gedaagde] is aangezegd.
2.2.
De eis van Vivada wordt afgewezen, omdat de kantonrechter niet kan vaststellen of er een huurachterstand is. Vivada heeft niet op het tussenvonnis gereageerd en het bij dagvaarding overgelegde overzicht biedt daarvoor onvoldoende aanknopingspunten. Dit overzicht ziet namelijk alleen op de periode vanaf 1 mei 2022 en hierin is bovendien niet uitgesplitst welk deel van de betalingen ziet op (kale) huur en welk deel op de servicekosten. Omdat de brieven waarin Vivada de huurverhoging heeft aangezegd niet in het dossier zitten, kan de kantonrechter ook niet zelf berekenen wat de hoogte van de eventuele huurachterstand is.
Vivada moet de proceskosten betalen
2.3.
Vivada moet de proceskosten betalen, omdat zij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot deze kosten aan de kant van [gedaagde] op nihil, omdat hij niet in deze procedure is verschenen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de eis af;
3.2.
veroordeelt Vivada in de proceskosten, die aan de kant van [gedaagde] worden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Fiege en in het openbaar uitgesproken.
43416