ECLI:NL:RBROT:2024:6069

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 juni 2024
Publicatiedatum
2 juli 2024
Zaaknummer
10/047309-24
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor medeplegen poging tot opzettelijk brandstichten en ontploffing teweegbrengen door een minderjarige

Op 7 juni 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte, geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], die ten tijde van het onderzoek preventief gedetineerd was. De verdachte is beschuldigd van het medeplegen van een poging tot opzettelijk brandstichten en een poging tot het opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing, gepleegd op 24 februari 2023 te [plaatsnaam]. De officier van justitie, mr. J. Spaans, heeft gevorderd tot bewezenverklaring van de feiten en toepassing van het jeugdstrafrecht, met een jeugddetentie van vier maanden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich samen met anderen heeft begeven naar een woning en een cobra met tape aan een jerrycan met benzine heeft bevestigd, wat heeft geleid tot een klein brandje. De rechtbank heeft de feiten bewezen verklaard en de verdachte veroordeeld tot een jeugddetentie van drie maanden, waarbij rekening is gehouden met de omstandigheden van de verdachte en de ernst van de feiten. De rechtbank heeft ook de voorlopige hechtenis van de verdachte in mindering gebracht op de opgelegde jeugddetentie. De uitspraak is gedaan in het kader van het jeugdstrafrecht, waarbij de rechtbank de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging heeft genomen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team jeugd
Parketnummer: 10/047309-24
Datum uitspraak: 7 juni 2024
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedatum],
ingeschreven in de basisregistratie personen en
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in [detentieadres].
raadsman mr. J.M. van Dam, advocaat te Utrecht.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de openbare terechtzitting van 24 mei 2024.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd.
De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. J. Spaans heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van de eendaadse samenloop van de onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde feiten;
  • toepassing van het jeugdstrafrecht;
  • veroordeling van de verdachte tot een jeugddetentie voor de duur van 4 maanden met aftrek van voorarrest.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
De verdediging heeft zich voor wat betreft de bewezenverklaring gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. De rechtbank acht op grond van de inhoud van de bewijsmiddelen opgenomen in bijlage II wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde heeft begaan. De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat sprake is van eendaadse samenloop van deze feiten.
4.2.
Bewezenverklaring
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
1
primair
hij op 24 februari 2023 te [plaatsnaam]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om
opzettelijk brand te stichten, bij een woning, gelegen aan [adres]
terwijl daarvan
- gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde woning met inboedel en/of
één of meer aangrenzende woning(en) met inboedel te duchten was
- zich heeft begeven naar en/of in de nabijheid heeft opgehouden van een woning
gelegen aan [adres] en
- Whatsapp berichten heeft verzonden naar en ontvangen van medeverdachte
met instructies en actuele informatie over de aanslag en
-een cobra, met tape heeft bevestigd aan een jerrycan, gevuld
met benzine en dit voorwerp heeft overgedragen aan een medeverdachte die
-de cobra heeft aangestoken ten gevolge waarvan een klein brandje op het trottoir
heeft plaatsgevonden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2
primair
hij op 24 februari 2023 te [plaatsnaam]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om
opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen, bij een woning, gelegen aan [adres]
terwijl daarvan
- gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde woning met inboedel en/of
één of meer aangrenzende woning(en) met inboedel
te duchten was
-zich heeft begeven naar en/of in de nabijheid heeft opgehouden van een woning
gelegen aan [adres] en
-Whatsapp berichten heeft verzonden naar en ontvangen van medeverdachte
met instructies en actuele informatie over de aanslag en
-de cobra, met tape heeft geplakt aan een jerrycan, gevuld met
benzine en dit voorwerp heeft overgedragen aan een medeverdachte die
-voornoemde cobra heeft aangestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
De eendaadse samenloop van:
1. primair:
medeplegen van een poging tot opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is;
2. primair:
medeplegen van een poging tot opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich in de nacht van 24 februari 2023 schuldig gemaakt aan het medeplegen van een poging tot opzettelijk brand stichten en een poging tot het opzettelijk teweegbrengen van een ontploffing aan [adres] door zwaar vuurwerk (een cobra 6) aan een jerrycan met benzine te bevestigen en dit vervolgens af te steken bij de voordeur van de woning. De verdachte mag van geluk spreken dat het beoogde doel, te weten het laten ontploffen van deze zelfgemaakte vuurwerkbom en daarmee het stichten van een (omvangrijke) brand, niet is gelukt, waardoor de ontstane schade beperkt is gebleven. De gevolgen van brandstichting en het teweegbrengen van een ontploffing zijn zeer gevaarlijk. Vuur kan zich gemakkelijk en razendsnel verspreiden. De situatie had dus veel ernstiger kunnen aflopen. Dit soort strafbare feiten veroorzaken daarnaast grote onrust en gevoelens van angst en onveiligheid in de maatschappij.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 26 april 2024, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage en verklaring van de jeugdreclasseerder op de terechtzitting
Reclassering Nederland (hierna: de reclassering)heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 23 mei 2024. Dit rapport houdt onder meer het volgende in.
Onder verwijzing naar de inhoud van het NIFP-rapport in de zaak met parketnummer
10-073115-23 wordt geadviseerd om het jeugdstrafrecht toe te passen. De verdachte verblijft, ondanks de herhaalde adviezen voor toepassing van het jeugdstrafrecht, al bijna een jaar in een volwassenregime in detentie. Langdurig verblijf in het volwassenregime zonder de aandacht en zorg die de verdachte nodig heeft, heeft mogelijk geleid tot een verslechtering in zijn gedrag. Er lijkt nu sprake van excessief gewelddadig gedrag. Overplaatsing naar een jeugdinrichting is om die reden niet meer mogelijk. Vanwege eerdere problemen in de thuissituatie acht de reclassering het van belang dat de verdachte begeleid gaat wonen.
[naam 1], als jeugdreclasseerder werkzaam bij de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, heeft ter terechtzitting naar voren gebracht dat hij goed contact heeft met de verdachte. De verdachte heeft mooie doelen voor ogen, waaronder het werken in de logistiek. Hij wil een nieuwe start gaan maken en zijn leven beteren. Dat mag hij in de praktijk gaan waarmaken. Cara Care heeft aangegeven dat er plek is voor de verdachte, zodat hij na zijn detentie direct daar geplaatst kan worden zonder overbruggingsperiode bij de moeder.
De rechtbank heeft acht geslagen op de besproken rapportage en de toelichting van de jeugdreclasseerder ter terechtzitting.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Krachtens artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht, kan de rechtbank - ten aanzien van een verdachte die ten tijde van het begaan van een strafbaar feit de leeftijd van 18 jaren doch niet die van 23 jaren heeft bereikt - recht doen overeenkomstig de artikelen 77g tot en met 77gg, indien de rechtbank daartoe grond vindt in de persoonlijkheid van de dader of in de omstandigheden waaronder het feit is begaan.
De rechtbank stelt vast dat de verdachte de bewezenverklaarde feiten heeft gepleegd toen hij de leeftijd van 18 jaren had bereikt. Gelet op de genoemde rapportages, de gegeven adviezen en de geschetste persoonlijkheid van de verdachte, zal de rechtbank ten aanzien van het bewezenverklaarde op grond van artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht het jeugdstrafrecht toepassen.
Gezien de ernst van de feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een jeugddetentie. Bij de bepaling van de duur van de jeugddetentie heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd.
De rechtbank heeft bij de strafmaat rekening gehouden met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte is bij vonnis van 28 september 2023 met parketnummer 10/073115-23 veroordeeld tot een jeugddetentie voor de duur van 20 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met daaraan verbonden een reeks aan bijzondere voorwaarden.
De rechtbank houdt in strafmatigende zin voorts rekening met het feit dat voornoemde straf ten uitvoer wordt gelegd in een reguliere penitentiaire inrichting en ook zijn voorlopige hechtenis daar plaatsvindt, terwijl het jeugdstrafrecht is toegepast en in het afgelopen jaar ook herhaaldelijk plaatsing in een justitiële jeugdinrichting (JJI) is bepleit. Dat is, mede door omstandigheden die buiten de verdachte zijn gelegen, waaronder het capaciteitsgebrek binnen de JJI’s, niet gebeurd. De verdachte is niet op zijn plek in het volwassenregime. De omstandigheden daar hebben een negatieve invloed op zijn ontwikkeling gehad. De rechtbank acht het daarom van groot belang dat de verdachte zo snel mogelijk op een plek terechtkomt waar hem de begeleiding en aansturing geboden kan worden die hij nodig heeft om te kunnen werken aan een positieve toekomst. Deze lijkt bij Cara Care gevonden te zijn.
Alles afwegend acht de rechtbank een jeugddetentie voor de duur van 3 maanden, ofwel 90 dagen, passend en geboden.
De rechtbank heeft op 24 mei 2024 de opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte bevolen, zodat de verdachte 106 dagen in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
Gelet op artikel 68, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, dienen de 16 dagen die de verdachte hiermee ‘teveel’ in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht ten opzichte van de thans opgelegde jeugddetentie in mindering te worden gebracht op de jeugddetentie die bij vonnis met parketnummer 10/073115-23 is opgelegd. De rechtbank neemt aan dat de tenuitvoerlegging van die jeugddetentie met ingang van 24 mei 2024 is hervat. Nu van die jeugddetentie ten tijde van de zitting nog 33 dagen openstonden, resteren daarvan, gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, na de onderhavige uitspraak nog 3 dagen jeugddetentie.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 45, 47, 55, 63, 77c, 77g, 77i, 77gg en 157 van het Wetboek van Strafrecht.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen dat de verdachte de onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een jeugddetentie
voor de duur van 3 (drie) maanden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de in de onderhavige zaak opgelegde jeugddetentie in mindering wordt gebracht.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. W.J. Loorbach, voorzitter, tevens kinderrechter,
en mrs. A.L. Pöll en L.W.M. Hendriks, rechters,
in tegenwoordigheid van E.M.P. van de Kamp, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 7 juni 2024.
De jongste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
primair
hij op 24 februari 2023 te [plaatsnaam]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen
misdrijf om
opzettelijk
brand te stichten,
bij een woning, gelegen aan [adres]
terwijl daarvan
- gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde woning met inboedel en/of
één of meer aangrenzende woning(en) met inboedel, in elk geval gemeen gevaar
voor goederen
te duchten was
-zich heeft begeven naar en/of in de nabijheid heeft opgehouden van een woning
gelegen aan [adres] en
- Whatsapp berichten heeft verzonden naar en/of ontvangen van medeverdachte(n)
met instructies en/of actuele informatie over de aanslag en
-een cobra, met tape heeft bevestigd aan een jerrycan, althans een houder gevuld
met benzine, althans met een brandbare stof en/of (vervolgens) dit voorwerp heeft
meegenomen/vervoerd en/of overgedragen aan (een) medeverdachte(n) en
-de cobra heeft aangestoken ten gevolge waarvan een klein brandje op het trottoir
heeft plaatsgevonden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair
[naam 2], althans een persoon, op 24 februari 2023 te [plaatsnaam], ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om opzettelijk brand te stichten bij/voor een woning gelegen aan [adres], terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde woning met inboedel en/of één of meer aangrenzende woning(en) met inboedel, in elk geval gemeen gevaar voor goederen te duchten was
-zich heeft begeven naar de woning gelegen aan [adres] en
-een cobra bevestigd aan een houder gevuld met benzine, althans met een brandbare stof heeft meegenomen/vervoerd en
-de cobra heeft aangestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
welk voorgenomen feit verdachte in de periode voorafgaand aan 24 februari 2023 in [plaatsnaam], althans in Nederland opzettelijk heeft uitgelokt door giften en/of beloften en/of geweld en/of bedreiging en/of het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen, te weten door (al dan niet als tussenpersoon) opdracht te geven tot een brandstichting voor/bij de genoemde woning (door middel van een zogenaamde VBC combinatie) en het (al dan niet als tussenpersoon) in het vooruitzicht stellen van een betaling en het verschaffen van inlichtingen over de locatie van de woning;
2
primair
hij op 24 februari 2023 te [plaatsnaam]
tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen
misdrijf om
opzettelijk
een ontploffing teweeg te brengen,
bij een woning, gelegen aan [adres]
terwijl daarvan
- gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde woning met inboedel en/of
één of meer aangrenzende woning(en) met inboedel, in elk geval gemeen gevaar
voor goederen
te duchten was
-zich heeft begeven naar en/of in de nabijheid heeft opgehouden van een woning
gelegen aan [adres] en
-Whatsapp berichten heeft verzonden naar en/of ontvangen van medeverdachte(n)
met instructies en/of actuele informatie over de aanslag en
-de cobra, met tape heeft geplakt aan een jerrycan, althans een houder gevuld met
benzine, althans met een brandbare stof en/of (vervolgens) dit voorwerp heeft
meegenomen/vervoerd en/of overgedragen aan (een) medeverdachte(n) en
-voornoemde cobra heeft aangestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair
[naam 2], althans een persoon, op 24 februari 2023 te [plaatsnaam], ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om opzettelijk een ontploffing teweeg te brengen bij/voor een woning gelegen aan [adres], terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen, te weten voornoemde woning met inboedel en/of één of meer aangrenzende woning(en) met inboedel, in elk geval gemeen gevaar voor goederen te duchten was
-zich heeft begeven naar de woning gelegen aan [adres] en
-een cobra bevestigd aan een houder gevuld met benzine, althans met een brandbare stof heeft meegenomen/vervoerd en
-de cobra heeft aangestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
welk voorgenomen feit verdachte in de periode voorafgaand aan 24 februari 2023 in [plaatsnaam], althans in Nederland opzettelijk heeft uitgelokt door giften en/of beloften en/of geweld en/of bedreiging en/of het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen, te weten door (al dan niet als tussenpersoon) opdracht te geven tot het laten ontploffen van een cobra in een VBC combinatie en het (al dan niet als tussenpersoon) in het vooruitzicht stellen van een betaling en het verschaffen van inlichtingen over de locatie van de woning.