Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het schriftelijke wrakingsverzoek van verzoeker (in persoon), dat op 16 mei 2024 is ontvangen;
- het schriftelijke wrakingsverzoek van verzoeker (door zijn advocaat), met als bijlage het eerder door verzoeker zelf ingediende wrakingsverzoek, dat op 31 mei 2024 is ontvangen;
- het proces-verbaal van de op 15 mei 2024 gehouden mondelinge behandeling in de hoofdzaak;
- de schriftelijke reactie op het wrakingsverzoek van de rechter van 11 juni 2024.
- verzoeker en zijn hiervoor genoemde advocaat;
- de rechter.
2.Het wrakingsverzoek
3.De beoordeling
Man heeft minimaal inkomen en uit berekening volgt dat u € 25,- per maand per kind kan betalen. U verschilt niet van mening over uw inkomen. De € 25,- is het minimale bedrag voor kosten kinderen. Dat is het verzoek. Het is geen discussie of u geen inkomen heeft in deze procedure.”. Tot slot blijkt ook uit het proces-verbaal dat de rechter niet alleen verzoeker, maar ook zijn wederpartij in de hoofdzaak heeft aangesproken op hun verantwoordelijkheid als ouders tegenover hun kinderen vanwege het feit dat de zoon van partijen in de zittingszaal aanwezig was en de manier waarop partijen over elkaar en hun rol als ouder spraken. Voor verzoeker is het misschien vervelend geweest dat hij hierop is aangesproken, maar daaruit blijkt geen schijn van partijdigheid van de rechter.