ECLI:NL:RBROT:2024:574
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van de wrakingskamer in de rechtbank Rotterdam
Op 11 januari 2024 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van een verzoeker. Het verzoek was gericht tegen de wrakingskamer zelf, wat volgens de wet niet mogelijk is. De rechtbank oordeelde dat een wrakingsverzoek enkel kan worden ingediend tegen rechters die een zaak behandelen. De verzoeker had eerder, op 6 december 2023, een wrakingsverzoek ingediend tegen een behandelend rechter, maar dit was afgewezen. Vervolgens had de verzoeker op 25 december 2023 opnieuw wraking verzocht, ditmaal van de eerste wrakingskamer, wat ook niet werd gehonoreerd. De rechtbank concludeerde dat het wrakingsverzoek van 4 januari 2024, ingediend na een eindbeslissing van de rechters, niet ontvankelijk was. De rechtbank benadrukte dat de onpartijdigheid van de rechter gewaarborgd moet zijn, maar dat dit doel niet meer kan worden bereikt als de rechter al een einduitspraak heeft gedaan. De rechtbank verklaarde de verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking van de (tweede) wrakingskamer, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.