ECLI:NL:RBROT:2024:5602

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
30 mei 2024
Publicatiedatum
18 juni 2024
Zaaknummer
10-317897-23, 10-306626-22, 10-177495-22, 10-170166-22 en 10-218551-21
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezit van echte en namaak vuurwapens en munitie; overtreding 138aa Sr (meermalen); witwassen

Op 30 mei 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het bezit van echte en namaak vuurwapens, munitie en witwassen. De verdachte, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], was ten tijde van het onderzoek preventief gedetineerd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 19 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals een locatieverbod en een contactverbod met medeverdachten. De zaak omvatte meerdere parketnummers, waaronder 10-317897-23, 10-306626-22, 10-177495-22, 10-170166-22 en 10-218551-21, en betrof onder andere het voorhanden hebben van vuurwapens en het witwassen van een geldbedrag van 2590 euro. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten, die zonder nadere motivering bewezen werden verklaard. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de aanbevelingen van de reclassering. De verdachte had eerder soortgelijke strafbare feiten gepleegd en de rechtbank achtte het noodzakelijk om een deel van de straf voorwaardelijk op te leggen, met als doel recidive te voorkomen. De uitspraak benadrukte de risico's van het ongeoorloofd voorhanden hebben van vuurwapens en de impact daarvan op de samenleving.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummers: 10-317897-23, 10-306626-22, 10-177495-22, 10-170166-22 en
10-218551-21 (ter terechtzitting gevoegd)
Datum uitspraak: 30 mei 2024
Tegenspraak
Verkort vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de gevoegde zaken tegen de verdachte:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in [detentieadres] ,
raadsman mr. T. Nieuwburg, advocaat te Amsterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van
30 mei 2024 en van 27 oktober 2022 (zulks op de voet van artikel 377, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering).

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaardingen. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. J.B. Wooldrik heeft gevorderd:
- bewezenverklaring van de onder parketnummer 10-317897-23, onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-306626-22 ten laste gelegde feit, de onder parketnummer 10-177495-22 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-170166-22 ten laste gelegde feit en de onder parketnummer
10-218551-21 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 19 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar en als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, gedragsinterventie cognitieve vaardigheden, een contactverbod met de medeverdachten, een locatieverbod (met elektronische monitoring) voor de havengebieden van de Maasvlakte en Waalhaven te Rotterdam, een locatiegebod (met elektronische monitoring) en dagbesteding.

4.Waardering van het bewijs

Bewezenverklaring zonder nadere motivering
De onder parketnummer 10-317897-23, onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-306626-22 ten laste gelegde feit, de onder parketnummer 10-177495-22 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-170166-22 ten laste gelegde feit en de onder parketnummer 10-218551-21 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten zijn door de verdachte bekend. De feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte de onder parketnummer 10-317897-23, onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-306626-22 ten laste gelegde feit, de onder parketnummer 10-177495-22 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-170166-22 ten laste gelegde feit en de onder parketnummer
10-218551-21 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan op die wijze dat:
Parketnummer 10-317897-23
1
hij, op 28 november 2023, te Capelle aan den IJssel, een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens en munitie,
te weten
een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een
pistool van het merk Glock, model 19 GEN 5 van het kaliber 9mm, en
/of
voor dat vuurwapen geschikte munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet
wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de
Categorie III te weten 24 kogelpatronen van het kaliber 9mm,
voorhanden heeft gehad;
2
hij op 28 november 2023,
te Capelle aan den IJssel,
een voorwerp (contant geldbedrag van in totaal 2590 euro),
voorhanden heeft gehad,
terwijl hij wist, dat dit voorwerp,
onmiddellijk afkomstig was uit enig eigen misdrijf;
3
hij, in de periode van 20 juni 2023 tot en met 8 juli 2023, te Rotterdam
en Capelle aan den IJssel, tezamen en in vereniging met anderen,
een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens
en munitie,
te weten
een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een
pistool van het merk Umarex Hk P30, van het kaliber 9mm P.A.K., en
voor dat vuurwapen geschikte munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet
wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de
Categorie III te weten 5 kogelpatronen van het kaliber 9mm P.A.K.,
voorhanden heeft gehad;
Parketnummer 10-306626-22
hij op 22 november 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente
Rotterdam,
tezamen en in vereniging met anderen,
wederrechtelijk
heeft verbleven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag
en overslag van goederen, te weten het door hekken omgeven terrein van
Hutchison Ports ECT Delta;
Parketnummer 10-177495-22
1
hij op of omstreeks 12 juli 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam,
tezamen en in vereniging met anderen, wederrechtelijk
heeft verbleven op een in een haven
gelegen besloten plaats voor distributie, opslag en overslag van goederen,
te weten in een container op een vrachtwagen op het terrein van de ECT Delta
(gelegen aan de Europaweg)
2
hij op 12 juli 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam,
opzettelijk
heeft gehandeld in strijd met de gedragsaanwijzing gegeven krachtens artikel
509hh, eerste lid, onderdeel b van het Wetboek van strafvordering, te weten de
gedragsaanwijzing d.d. 7 juli 2022 gegeven door de officier van justitie te
Rotterdam kort weergegeven inhoudende dat hij, verdachte, zich niet mag
ophouden in/op/rond Rotterdamse havengebieden Maasvlakte en Waalhaven
door zich op het terrein van de ECT Delta (gelegen aan de Europaweg) te bevinden.
Parketnummer 10-170166-22
hij op 6 juli 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam,
wederrechtelijk
heeft verbleven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag
en overslag van goederen,
te weten het door hekken omgeven terrein van de APM Terminal (Coloradoweg) in
de Rotterdamse haven.
Parketnummer 10-218551-21
1
hij op 15 augustus 2021 te Rotterdam
een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie I onder 7º van de Wet wapens en
munitie gelet op artikel 3, onder a van de Regeling wapens en munitie,
te weten
een door de Minister van Justitie aangewezen voorwerp dat zodanig op een wapen
gelijkt dat het voor bedreiging of afdreiging geschikt is, namelijk een:
nabootsing van een handvuurwapen,
welke door vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis en sterke
overeenkomsten vertoont met
een handvuurwapen van het merk Browning,
voorhanden heeft gehad.
2
hij op 15 augustus 2021 te Rotterdam
op de openbare weg en op een voor het publiek toegankelijke plaats,
een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie IV onder 1º van de Wet wapens en
munitie,
te weten een mes waarvan het lemmet is voorzien van meer dan één snijkant,
namelijk van twee snijkanten,
heeft gedragen.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan is gegrond op de redengevende inhoud van het voorgaande en op de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, houdende tot bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Het vonnis zal in die gevallen waarin de wet dit vereist worden aangevuld met een later bij dit vonnis te voegen bijlage met daarin de opgave van de bewijsmiddelen.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
Parketnummer 10-317897-23
1.
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
2.
Witwassen.
3.
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III
en
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Parketnummer 10-306626-22
het wederrechtelijk verblijven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag of overslag van goederen, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Parketnummer 10-177495-22
1.
het wederrechtelijk verblijven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag of overslag van goederen, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
2.
opzettelijk handelen in strijd met een gedragsaanwijzing, gegeven krachtens artikel 509hh, eerste lid, onderdeel b, van het Wetboek van Strafvordering.
Parketnummer 10-170166-22
het wederrechtelijk verblijven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag of overslag van goederen.
Parketnummer 10-218551-21
1.
handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
2.
handelen in strijd met artikel 27, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft alleen en samen met anderen vuurwapens en daarbij behorende munitie voorhanden gehad. Ook heeft hij een nabootsing van een (hand) vuurwapen en een mes met twee snijkanten voorhanden gehad.
Het ongeoorloofd voorhanden hebben van vuurwapens en munitie brengt onaanvaardbare risico’s met zich mee en leidt er vaak toe dat het vuurwapen daadwerkelijk wordt gebruikt, hetgeen bijzonder gevaarzettend is. Daarnaast zorgt het voorhanden hebben en het gebruik van een (nabootsing van een) vuurwapen voor gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving.
Het bovengenoemde handelen van de verdachte is ontoelaatbaar en tegen dit handelen dient dan ook streng te worden opgetreden.
De verdachte heeft - waarschijnlijk om drugs uit te halen - meerdere malen wederrechtelijk verbleven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag of overslag van goederen.
Dit zijn ernstige feiten. De havens van Rotterdam vormen onderdeel van een infrastructuur die essentieel is voor het economisch verkeer en het maatschappelijk leven in Rotterdam, de rest van het land en ver daarbuiten. Het is een feit van algemene bekendheid dat de havens van Rotterdam een aantrekkingskracht hebben op georganiseerde vormen van criminaliteit. Dit maakt de infrastructuur kwetsbaar. Regelmatig bevinden zich personen onbevoegd op de haventerreinen in en rond Rotterdam. Dit verstoort het economische verkeer, omdat signalering van onbevoegde personen betekent dat (een deel van) de werkzaamheden stil moeten worden gelegd. Daarnaast brengt het hoge kosten voor beveiliging, toezicht en handhaving met zich mee. Met zijn onbevoegde aanwezigheid op het terrein heeft de verdachte hieraan bijgedragen.
Voorts heeft de verdachte zich schuldig gemaakt aan het witwassen van een geldbedrag van 2590 euro. Witwassen vormt een bedreiging van de legale economie en tast de integriteit van het financiële en economische verkeer aan. Het witwassen van crimineel geld werkt bovendien het voortbestaan van verschillende vormen van criminaliteit in de hand.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
15 februari 2024, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportages
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 15 maart 2024. Dit rapport houdt het volgende in.
De verdachte heeft haalbare doelen en ideeën voor de toekomst en is, met hulp van zijn moeder, actief bezig met het starten van een mbo-opleiding in de richting van elektrotechniek. De reclassering acht het van belang dat er na detentie sprake is van een reclasseringstoezicht, waarbij de verdachte hierin ondersteund kan worden. Ook is het nodig dat er sprake is van controle door middel van een locatiegebod en locatieverboden. Dat de verdachte in de nachtelijke uren thuis moet zijn, kan hem helpen om uit de problemen te blijven. Hierdoor is het hopelijk ook makkelijker voor hem om wat afstand van vrienden met een negatieve invloed te nemen.
Het herhalingsgevaar wordt ingeschat als gemiddeld. De reclassering adviseert het volwassenenstrafrecht toe te passen. De reclassering adviseert een (deels) voorwaardelijke straf met als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij reclassering, een gedragsinterventie cognitieve vaardigheden, een contactverbod met de medeverdachten van alle zaken, een locatieverbod voor de havengebieden van de Maasvlakte en Waalhaven te Rotterdam (met elektronische monitoring), een locatiegebod (met elektronische monitoring) en dagbesteding, bestaande uit betaald werk, al dan niet in combinatie met een opleiding, met een vaste structuur.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd.
De rechtbank vindt het zorgelijk dat de verdachte in een kort tijdsbestek is afgegleden en zich in het criminele milieu is gaan begeven. De verdachte wilde snel geld verdienen en meende zich - om erbij te horen en voor zijn veiligheid - te moeten bewapenen. Ter zitting heeft de verdachte openheid van zaken gegeven en zijn spijt betuigd over zijn handelen. De verdachte heeft aangegeven dat hij zijn leven ten goede wil keren en daarbij de hulp van de reclassering en de door hen geadviseerde voorwaarden met beide handen wil aangrijpen. Deze spijtbetuiging lijkt authentiek en oprecht.
De rechtbank wil ook niet onbenoemd laten dat de moeder van de verdachte ter zitting heeft laten weten dat zij volledig achter het plan van aanpak van de reclassering staat en dat zij de verdachte goed in de gaten zal houden.
Nu de reclassering begeleiding en bijzondere voorwaarden noodzakelijk acht, zal de rechtbank een deel van de voorgenomen straf voorwaardelijk opleggen, met de voorwaarden die hierna worden genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen, waaronder de hieronder besproken verbeurdverklaring, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet.

8.In beslag genomen voorwerpen

8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de in beslag genomen:
24 STK Munitie
(Omschrijving: Cbc 9x19 mm);
1 STK Pistool
(Omschrijving: Glock)
- STK Munitie Deponeren
(Omschrijving: Mund Huls),
te onttrekken aan het verkeer.
De officier van justitie heeft gevorderd het in beslag genomen:
Geld (2590 EUR)
(Omschrijving: [proces-verbaalnummer] ),
verbeurd te verklaren.
8.2.
Standpunt verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van de in beslaggenomen voorwerpen gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
8.3.
Beoordeling
De in beslag genomen:
24 STK Munitie
(Omschrijving: Cbc 9x19 mm);
1 STK Pistool
(Omschrijving: Glock)
- STK Munitie Deponeren
(Omschrijving: Mund Huls),
zullen worden onttrokken aan het verkeer.
Het ongecontroleerde bezit daarvan is in strijd met de wet. De onder parketnummer
10-317897-23 onder 1 en 3 bewezen feiten zijn met betrekking tot voornoemde voorwerpen begaan.
Het in beslag genomen:
Geld (2590 EUR)
(Omschrijving: [proces-verbaalnummer] ),
zal worden verbeurd verklaard.
Het voorwerp behoort aan de verdachte toe. Het onder parketnummer 10-317897-23 bewezen feit is met betrekking tot dit voorwerp begaan.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 36b, 36c, 57, 138aa, 184a en 420bis van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 13, 26, 27, 54 en 55 van de Wet wapens en munitie.

10.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder parketnummer 10-317897-23, onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-306626-22 ten laste gelegde feit, de onder parketnummer 10-177495-22 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, het onder parketnummer 10-170166-22 ten laste gelegde feit en de onder parketnummer
10-218551-21 onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 19 (negentien) maanden;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
12 (twaalf) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op
3 (drie) jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarden:
1. de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt;
2. de veroordeelde zal actief deelnemen aan de gedragsinterventie Cognitieve Vaardigheden of een andere gedragsinterventie die gericht is op cognitieve vaardigheden. De reclassering bepaalt welke training het precies wordt. De veroordeelde houdt zich aan de afspraken en aanwijzingen van de trainer/begeleider.
3. de veroordeelde zal op geen enkele wijze contact (laten) opnemen, zoeken of hebben - met de medeverdachten van feit 3 onder parketnummer 10-317897-23:
[medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] ;
- met de medeverdachten van feit 1 onder parketnummer 10-1777495-22:
[medeverdachte 4] , [medeverdachte 5] , [medeverdachte 6] en [medeverdachte 7] ;
- met de medeverdachten van de zaak met parketnummer: 10-306626-22:
[medeverdachte 8] , [medeverdachte 9] , [medeverdachte 10] en [medeverdachte 11] ,
gedurende de proeftijd of zoveel korter als de reclassering verantwoord vindt;
4. de veroordeelde zal zich niet in de containerhavens Maasvlakte en Waalhaven, zoals aangegeven op de aan dit vonnis als bijlage II aangehechte kaart, gedurende de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering verantwoord vindt. De veroordeelde werkt mee aan elektronische monitoring op deze locatieverboden. De veroordeelde gaat niet naar het buitenland zonder toestemming van de reclassering, omdat het voor de elektronische monitoring nodig is dat de veroordeelde in Nederland blijft. Het Openbaar Ministerie kan op verzoek van de reclassering deze locatieverboden (deels) laten vervallen;
5. de veroordeelde zal gedurende de proeftijd op vooraf vastgestelde tijdstippen aanwezig zijn op het verblijfadres. De reclassering stelt de precieze tijdstippen vast, in overleg met de veroordeelde en mede afhankelijk van de dagbesteding. Bij de start hoeft de veroordeelde op doordeweekse dagen met dagbesteding een aaneengesloten blok van 14 uur niet op het verblijfadres te zijn. In de weekenden heeft de veroordeelde een aaneengesloten blok van 8 uur per dag vrij te besteden. De reclassering kan deze tijden verruimen als hiervoor aanleiding wordt gezien.
De veroordeelde werkt mee aan elektronische monitoring op dit locatiegebod. Het huidige verblijfadres is [verblijfadres] . Een ander adres voor het locatiegebod is alleen mogelijk als de reclassering daarvoor toestemming geeft. De veroordeelde gaat niet naar het buitenland zonder toestemming van de reclassering, omdat het voor de elektronische monitoring nodig is dat de veroordeelde in Nederland blijft;
Het Openbaar Ministerie kan op verzoek van de reclassering het locatiegebod laten vervallen;
6. de veroordeelde zal zich inspannen voor het vinden en behouden van betaald werk, al dan niet in combinatie met een opleiding, met een vaste structuur. De dagbesteding draagt bij aan het voorkomen van delictgedrag.
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
geeft aan Reclassering Nederland opdracht elektronisch toezicht te houden op de naleving van de onder nummers 4 en 5 genoemde bijzondere voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart onttrokken aan het verkeer:
24 STK Munitie
(Omschrijving: Cbc 9x19 mm);
1. STK Pistool
(Omschrijving: Glock)
STK Munitie Deponeren
(Omschrijving: Mund Huls).
- verklaart verbeurd als bijkomende straf voor het onder parketnummer 10-317897-23 onder 2 bewezen verklaarde feit:
Geld (2590 EUR)
(Omschrijving: [proces-verbaalnummer] );
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van de dag waarop de totale duur van de tot dan toe ondergane verzekering en voorlopige hechtenis gelijk zal zijn aan die van het onvoorwaardelijk deel van de opgelegde gevangenisstraf.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.P. van de Beek, voorzitter,
en mrs. E.M. Havik en J. de Lange, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. van der Hoeff, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
Parketnummer 10-317897-23
1
hij, op of omstreeks 28 november 2023, te Capelle aan den IJssel, althans in
Nederland,
(een) wapen(s) als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens
en munitie,
te weten
een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een
pistool van het merk Glock, model 19 GEN 5 van het kaliber 9mm, en/of
(voor dat vuurwapen geschikte) munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet
wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de
Categorie III te weten 24 kogelpatronen van het kaliber 9mm,
voorhanden heeft gehad;
2
hij op of omstreeks 28 november 2023,
te Capelle aan den IJssel, althans in Nederland,
een of meer voorwerpen (contant geldbedrag van in totaal 2590 euro),
voorhanden heeft gehad,
terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden,
dat dit/die voorwerp(en),
onmiddellijk of middellijk,
afkomstig was/waren uit enig misdrijf of uit enig eigen misdrijf;
3
hij, in of omstreeks de periode van 20 juni 2023 tot en met 8 juli 2023, te Rotterdam
en/of Capelle aan den IJssel, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
(een) wapen(s) als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens
en munitie,
te weten
een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een
pistool van het merk Umarex Hk P30, van het kaliber 9mm P.A.K., en/of
(voor dat vuurwapen geschikte) munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet
wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de
Categorie III te weten 5 kogelpatronen van het kaliber 9mm P.A.K.,
voorhanden heeft gehad;
Parketnummer 10-306626-22
hij op of omstreeks 22 november 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente
Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
wederrechtelijk
heeft verbleven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag
en/of overslag van goederen, te weten het door hekken omgeven terrein van
Hutchison Ports ECT Delta;
Parketnummer 10-177495-22
1
hij op of omstreeks 12 juli 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
wederrechtelijk
heeft verbleven op een in een haven, luchthaven en/of spoorwegemplacement
gelegen besloten plaats voor distributie, opslag en/of overslag van goederen,
te weten in een container op een vrachtwagen op het terrein van de ECT Delta
(gelegen aan de Europaweg), terwijl hij, verdachte en/of zijn mededader(s), zich de
toegang had/hadden verschaft tot die besloten plaats door middel van braak, en/of
inklimming;
2
hij op of omstreeks 12 juli 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam,
opzettelijk
heeft gehandeld in strijd met de gedragsaanwijzing gegeven krachtens artikel
509hh, eerste lid, onderdeel b van het Wetboek van strafvordering, te weten de
gedragsaanwijzing d.d. 7 juli 2022 gegeven door de officier van justitie te
Rotterdam kort weergegeven inhoudende dat hij, verdachte, zich niet mag
ophouden in/op/rond Rotterdamse havengebieden Maasvlakte en Waalhaven
door zich op het terrein van de ECT Delta (gelegen aan de Europaweg) te bevinden;
Parketnummer 10-170166-22
hij op of omstreeks 6 juli 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
wederrechtelijk
heeft verbleven op een in een haven gelegen besloten plaats voor distributie, opslag
en/of overslag van goederen,
te weten het door hekken omgeven terrein van de APM Terminal (Coloradoweg) in
de Rotterdamse haven;
Parketnummer 10-218551-21
1
hij op of omstreeks 15 augustus 2021 te Rotterdam
een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie I onder 7º van de Wet wapens en
munitie gelet op artikel 3, onder a van de Regeling wapens en munitie,
te weten
een door de Minister van Justitie aangewezen voorwerp dat zodanig op een wapen
gelijkt dat het voor bedreiging of afdreiging geschikt is, namelijk een:
nabootsing van een (hand)vuurwapen,
welke door vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis en/of sterke
overeenkomsten vertoont met
een (hand)vuurwapen van het merk Browning,
voorhanden heeft gehad;
2
hij op of omstreeks 15 augustus 2021 te Rotterdam
op de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats,
een wapen als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie IV onder 1º van de Wet wapens en
munitie,
te weten een mes waarvan het lemmet is voorzien van meer dan één snijkant,
namelijk van twee snijkanten,
heeft gedragen;