ECLI:NL:RBROT:2024:5323

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
10 juni 2024
Publicatiedatum
11 juni 2024
Zaaknummer
C/10/670799 / HA RK 23-1276
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Heropening van de vereffening met benoeming van een curator tot vereffenaar

Op 10 juni 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven op het verzoek van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Katwijkse Ontwikkelingsmaatschappij B.V. (hierna: KOM) tot heropening van de vereffening van een andere besloten vennootschap, die voorheen gevestigd was in Maassluis. Het verzoek is ingediend op basis van artikel 2:23c BW, waarbij KOM verzocht heeft om een vereffenaar te benoemen en de beschikking uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vennootschap op 24 februari 2012 is ontbonden, maar dat er mogelijk nog vorderingen zijn die aanleiding geven tot heropening van de vereffening. KOM heeft aangetoond dat er een vordering van € 69.998,50 op de vennootschap bestaat, voortvloeiend uit een vaststellingsovereenkomst van 15 september 2004. De rechtbank heeft geoordeeld dat KOM belanghebbende is bij de heropening van de vereffening, ondanks het verweer van de andere partij, die stelde dat er geen baten meer zouden zijn. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om mr. S.A. van Aalst als curator te benoemen, die zich bereid heeft verklaard om als vereffenaar op te treden. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de vereffenaar moet zorgdragen voor inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rekestnummer: C/10/670799 / HA RK 23-1276
Beschikking van 10 juni 2024 op het verzoek van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KATWIJKSE ONTWIKKELINGS MAATSCHAPPIJ B.V.,
gevestigd te Katwijk,
verzoekster,
advocaat mr. J.P. Koets te Haarlem,
tot heropening van de vereffening van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam vennootschap] .,
voorheen gevestigd te Maassluis,
hierna: de vennootschap,
tegen
[naam verweerster]
,
gevestigd te Maassluis,
verweerster,
advocaat mr. J.A.M. van de Sande te Rotterdam.
Partijen zullen hierna KOM en [naam verweerster] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift van 14 december 2023, met producties 1 tot en met 10;
  • de door KOM toegezonden de statuten van de vennootschap;
  • de brief van deze rechtbank van 22 maart 2024, waarin mondelinge behandeling is bepaald op 7 mei 2024;
  • de mondelinge behandeling van 7 mei 2024, waarvan zittingsaantekeningen zijn gemaakt, en de daarbij overgelegde spreekaantekeningen van mr. Vos en die van mr. Van de Sande.
1.2.
Vervolgens is beschikking bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Het verzoek van KOM is gebaseerd op artikel 2:23c BW en strekt tot heropening van de vereffening van de vennootschap. KOM verzoekt de rechtbank in goede justitie een vereffenaar te benoemen, bijvoorbeeld geselecteerd aan de hand van de curatorenlijst, met dien verstande dat het loon van de vereffenaar ten laste van de vennootschap komt. KOM verzoekt ook de beschikking uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
2.2.
[naam verweerster] voert verweer en concludeert tot afwijzing van het verzoek. Voor zover relevant wordt daarop hieronder ingegaan.
2.3.
De rechtbank is bevoegd op het verzoek te beslissen omdat de vennootschap voorheen statutair gevestigd was in het rechtsgebied van deze rechtbank.
2.4.
Uitgangspunt bij de beoordeling is het volgende. Indien na het tijdstip waarop een rechtspersoon is opgehouden te bestaan nog een schuldeiser of gerechtigde tot het saldo opkomt of van het bestaan van een bate blijkt, kan de rechtbank op verzoek van een belanghebbende de vereffening heropenen en zo nodig een vereffenaar benoemen (artikel 2:23c BW). Voor toewijzing van het verzoek is voldoende dat de door de verzoeker gestelde vordering en/of bate voldoende aannemelijk is om toewijzing van het verzoek te rechtvaardigen.
2.5.
Uit de overgelegde stukken blijkt dat de vennootschap is opgehouden te bestaan. Bij de Kamer van Koophandel is namelijk geregistreerd dat de vennootschap op 24 februari 2012 is ontbonden.
2.6.
Het verzoekschrift en de overgelegde stukken maken het bestaan van een vordering op de vennootschap na het tijdstip waarop de vennootschap is opgehouden te bestaan voldoende aannemelijk. KOM en de vennootschap zijn namelijk op 15 september 2004 een vaststellingsovereenkomst met elkaar overeengekomen. Uit het whatsapp-bericht van 26 januari 2021 van de heer [persoon A] (bestuurder van [naam verweerster] , de voormalig bestuurder van de vennootschap) kan worden afgeleid dat er op dat moment nog een en ander betreffende die overeenkomst moet worden afgewikkeld. Daarbij onderbouwt KOM (met de overgelegde factuur van 14 oktober 2022) dat die afwikkeling conform de vaststellingsovereenkomst van 15 september 2004 volgens haar neerkomt op een vordering van haar op de vennootschap van € 69.998,50.
2.7.
KOM is belanghebbende bij de heropening van de vereffening. KOM heeft namelijk aannemelijk gemaakt dat zij een vordering heeft op de vennootschap.
2.8.
[naam verweerster] stelt dat uit jurisprudentie van onder meer de Hoge Raad volgt dat het daarnaast ook vereist is dat sprake moet zijn van baten voor de vennootschap, en dat KOM geen belanghebbende kan zijn omdat er geen baten zijn. De door [naam verweerster] aangehaalde jurisprudentie ziet echter allemaal op verzoeken tot heropening van de vereffening van een gefailleerde vennootschap. Dat is anders dan de huidige situatie. Bij een faillissement wordt namelijk door een derde beoordeeld of er nog vorderingen op en baten voor de betreffende vennootschap zijn. Een faillissement is daarnaast bedoeld om een situatie waarin er een tekort aan baten is, definitief te laten eindigen. In de huidige situatie is de vennootschap ontbonden nadat hiertoe door het bestuur van de vennootschap is besloten.
2.9.
Daarbij heeft KOM in deze procedure onweersproken gesteld dat er wel nog baten hadden moeten zijn. De vennootschap had een hypotheekrecht ten behoeve van KOM moeten vestigen op een stuk grond tot zekerheid van de betalingsverplichting op grond waarvan KOM nu vorderingen op de vennootschap stelt te hebben. De vennootschap heeft dit hypotheekrecht niet gevestigd en de grond verkocht. Mogelijk levert dit baten op via de weg van bestuurdersaansprakelijkheid, aldus KOM.
2.10.
[naam verweerster] heeft gesteld dat als zou worden overgegaan tot heropening van de vereffening van de vennootschap, dat de heer [persoon A] in overeenstemming met artikel 2:23 BW tot vereffenaar zou moeten worden benoemd omdat hij bestuurder is van [naam verweerster] , de voormalig bestuurder van de vennootschap.
2.11.
De rechtbank is van oordeel dat de heer [persoon A] niet tot vereffenaar moet worden benoemd om de volgende redenen. [naam verweerster] heeft de vennootschap ontbonden omdat er beweerdelijk geen baten meer zouden zijn. De heer [persoon A] heeft vervolgens als ‘opvolgend indirect bestuurder’ KOM aangeschreven dat KOM hem nog moest betalen, en daarmee aangegeven dat er wel baten zouden zijn. Daarbij heeft de heer [persoon A] dit gedaan zonder te weten aan welke van zijn vennootschappen die vordering zou toekomen. Daarnaast is door KOM onweersproken gesteld dat de heer [persoon A] niet meer adequaat heeft gereageerd nadat KOM aan hem duidelijk had gemaakt dat de situatie volgens haar juist andersom zou zijn en dat KOM nog geld van de vennootschap tegoed had.
2.12.
Als vereffenaar zal de rechtbank, overeenkomstig het verzoek, een curator benoemen.
2.13.
De curator mr. S.A. van Aalst, advocaat te Rotterdam heeft zich bereid verklaart als vereffenaar op te treden.
2.14.
De rechtbank wijst daarom het verzoek toe, met benoeming van mr. S.A. van Aalst tot vereffenaar.
2.15.
De vereffenaar dient zoals bepaald in artikel 2:23 lid 4 BW ervoor zorg te dragen dat haar optreden als vereffenaar ingeschreven wordt in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en zij moet daartoe de benodigde gegevens aan de Kamer van Koophandel verstrekken.
2.16.
De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

3.De beslissing

De rechtbank:
a. heropent de vereffening van het vermogen van de vennootschap;
benoemt tot vereffenaar:
mw. mr. S.A. van Aalst, advocaat te Rotterdam bij Ploum,
vestigingsadres: Blaak 28, 3011 TA Rotterdam,
postadres: Postbus 711, 3000 AS Rotterdam,
telefoon: [gsm-nummer] ,
e-mailadres: [e-mailadres] ;
bepaalt dat kopie van deze beschikking aan de vereffenaar wordt toegezonden;
bepaalt dat de vereffenaar ervoor zorg dient te dragen dat haar optreden als vereffenaar wordt ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.B. Smits en in het openbaar uitgesproken op 10 juni 2024.
[3718/3195]