ECLI:NL:RBROT:2024:5314

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 april 2024
Publicatiedatum
11 juni 2024
Zaaknummer
C/10/677643 HO RK 24/424
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de afkoelingsperiode in een WHOA-zaak

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 april 2024 een beschikking gegeven in het kader van een verzoek tot verlenging van de afkoelingsperiode, zoals bedoeld in artikel 376 van de Faillissementswet (Fw). De verzoekster, een besloten vennootschap, had eerder een verzoekschrift ingediend tot homologatie van een akkoord, en vroeg om verlenging van de afkoelingsperiode tot 20 juni 2024. De rechtbank constateerde dat er belangrijke vooruitgang was geboekt in de totstandkoming van het akkoord en dat er een verzoek tot faillietverklaring was ingediend door schuldeiser Greenchoice B.V., dat op 7 mei 2024 behandeld zou worden. De rechtbank oordeelde dat de verzoekster ontvankelijk was in haar verzoek en dat de afkoelingsperiode voorlopig verlengd diende te worden, zodat belanghebbenden de gelegenheid kregen om hun zienswijze te geven. De behandeling van het verzoek tot verlenging werd vastgesteld op 17 mei 2024, waarbij de rechtbank de betrokken schuldeisers op de hoogte stelde van de mogelijkheid om zich aan te melden voor de zitting. De beschikking benadrukte dat de bevoegdheid van derden tot verhaal op goederen van de verzoekster niet kan worden uitgeoefend zonder machtiging van de rechtbank, mits deze derden op de hoogte zijn van de afkondiging van de afkoelingsperiode.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Insolventie – meervoudige kamer
afkondigen voorlopige verlenging afkoelingsperiode
rekestnummer: C/10/677643 HO RK 24/424
uitspraakdatum: 23 april 2024
beschikking op het ingekomen verzoekschrift ex artikel 376 Faillissementswet (Fw) in de besloten akkoordprocedure van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[verzoekster],
statutair gevestigd te [vestigingsplaats] ,
aldaar handelend onder de naam
[verzoekster] ,
hierna te noemen: [verzoekster] ,
advocaat: mr. J.A. Bloo.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende processtukken:
- de startverklaringen ex artikel 370 lid 3 Fw, gedeponeerd op 2 februari 2024;
- de beschikking van 20 februari 2024 waarin een afkoelingsperiode is afgekondigd;
- het verzoekschrift met bijlagen van 19 april 2024 van [verzoekster] ex artikel 376 lid 5 Fw.

2.De feiten

2.1.
De rechtbank verwijst voor de relevante feiten naar de door haar gewezen beschikking, zoals vermeld onder 1.1.

3.Het verzoek

3.1.
[verzoekster] verzoekt om verlenging van de afkoelingsperiode tot 20 juni 2024. Zij heeft daartoe het volgende aangevoerd.
3.2.
De verlenging van de afkoelingsperiode is noodzakelijk omdat i) door haar op 19 april 2024 ter griffie van de rechtbank Rotterdam een verzoekschrift tot homologatie van een akkoord ex artikel 383 Fw is ingediend waarop nog dient te worden beslist, ii) door schuldeiser Greenchoice B.V. reeds een verzoekschrift tot faillietverklaring is ingediend waarvan de behandeling is gepland op 7 mei 2024, iii) schuldeiser Heineken Nederland B.V. een bezitloos pandrecht heeft op de bedrijfsinventaris, voorraden en alle overige zaken behorende tot de onderneming van [verzoekster] en iv) schuldeiser Haco Terassen aanspraak maakt op een eigendomsvoorbehoud op door haar aan [verzoekster] geleverde bloembakken.

4.De beoordeling

Rechtsmacht en bevoegdheid
4.1.
Nu de rechtbank zich in het kader van deze akkoordprocedure buiten faillissement eerder (relatief) bevoegd heeft verklaard, is zij gelet op artikel 369 lid 8 Fw eveneens bevoegd kennis te nemen van het voorliggende verzoek.
Verlenging afkoelingsperiode
4.2.
[verzoekster] heeft tijdig, dat wil zeggen vóórdat de lopende afkoelingsperiode was verstreken, om verlenging van de afkoelingsperiode verzocht. [verzoekster] is dan ook ontvankelijk in haar verzoek.
4.3.
De rechtbank stelt vast dat er inmiddels een akkoord is aangeboden waarvoor een homologatieverzoek is ingediend, waaruit volgt dat belangrijke vooruitgang is geboekt in de totstandkoming van het akkoord.
4.4.
Gesteld is voorts dat op korte termijn het door Greenchoice B.V. ingediende verzoek tot faillietverklaring zal worden behandeld (te weten 7 mei 2024).
4.5.
Onder die omstandigheden, en mede omdat de rechtbank niet in staat is om vóór 7 mei 2024 belanghebbenden te horen, ziet de rechtbank aanleiding om, bij wijze van tussenbeslissing, de afkoelingsperiode, zoals in het dictum omschreven, voorlopig te verlengen.
4.6.
Nu een afkoelingsperiode met name Greenchoice B.V., Heineken Nederland B.V. en Hoca Teressen in hun belangen treft, zullen zij in de gelegenheid worden gesteld op het verzoek te worden gehoord alvorens een eindbeslissing wordt gegeven.
4.7.
De rechtbank zal de behandeling van het verzoek tot verlenging van de afkoelingsperiode bepalen op
vrijdag, 17 mei 2024 om 11:00 uur, in een van de zalen van het gerechtsgebouw aan het Wilhelminaplein nrs. 100-125 te Rotterdam.

5.De beslissing

De rechtbank:
- verlengt bij wijze van tijdelijke voorziening per 20 april 2024 de afkoelingsperiode zoals bedoeld in artikel 376 Fw totdat bij eindbeslissing op het verzoek is beslist, welke afkoelingsperiode inhoudt:
- dat elke bevoegdheid van derden tot verhaal op goederen die tot het vermogen van [verzoekster] behoren of tot opeising van goederen die zich in de macht van [verzoekster] bevinden, niet kan worden uitgeoefend dan met machtiging van de rechtbank, mits die derden geïnformeerd zijn over de afkondiging van de afkoelingsperiode of op de hoogte zijn van het feit dat een akkoord wordt aangeboden en
- dat de behandeling van een verzoek tot verlening van surseance, een eigen aangifte of een door een schuldeiser jegens [verzoekster] ingediend verzoek tot faillietverklaring wordt geschorst dan wel geschorst blijft;
- bepaalt dat het verzoekschrift strekkende tot verlenging van de afkoelingsperiode ex artikel 376 lid 5 Fw wordt behandeld op
vrijdag, 17 mei 2024 11:00 uurin een van de zalen van het gerechtsgebouw aan het Wilhelminaplein nrs. 100-125 te Rotterdam, door de rechters
mr. C.G.E. Prenger, mr. V.G.T. van Emstede en mr. S. Boot;
- bepaalt dat [verzoekster] Greenchoice B.V., Heineken Nederland B.V. en Hoca Teressen onverwijld schriftelijk kennis geeft van deze beschikking en hen wijst op de mogelijkheid om zich via de griffier van de rechtbank Rotterdam aan te melden voor de zitting en een zienswijze te geven;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beschikking is gegeven door mr. C.G.E. Prenger, voorzitter, mr. V.G.T. van Emstede en
mr. S. Boot, rechters, en in aanwezigheid van mr. E.E. Hiele, griffier, in het openbaar uitgesproken op 23 april 2024.