Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 13 september 2023, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de repliek met vermindering van eis, met bijlagen;
- de dupliek, met bijlagen.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam, gaat het om een huurachterstand tussen Stichting Woonbron en de gedaagde, die een woning huurt van Woonbron. De huur bedraagt € 585,04 per maand en Woonbron vordert betaling van € 792,17, bestaande uit een huurachterstand van één maand en buitengerechtelijke incassokosten van € 207,13. De gedaagde betwist de huurachterstand en stelt dat hij tijdig heeft betaald, maar de kantonrechter oordeelt dat de eis van Woonbron wordt toegewezen. De gedaagde heeft op 27 november 2023 een betaling gedaan, maar deze was niet ontvangen door Woonbron op het moment van de repliek, waardoor de vordering voor de huurachterstand wordt toegewezen. De kantonrechter oordeelt ook dat de buitengerechtelijke incassokosten terecht zijn gevorderd, omdat aan de voorwaarden voor vergoeding is voldaan. De gedaagde is in verzuim geraakt door het niet tijdig betalen van de huur, waardoor wettelijke rente verschuldigd is. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard.