ECLI:NL:RBROT:2024:5112

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 mei 2024
Publicatiedatum
4 juni 2024
Zaaknummer
C/10/679000 / JE RK 24-1023
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige met ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen

Op 17 mei 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige], die geboren is in 2007. De kinderrechter heeft een machtiging verleend voor gesloten jeugdhulp, na een mondelinge behandeling waarbij de minderjarige, haar ouders en vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond aanwezig waren. De minderjarige verbleef tot voor kort in Roemenië en is sinds 14 mei 2024 gesloten geplaatst bij Horizon Rijnhoven. De kinderrechter heeft eerder al een ondertoezichtstelling en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat er ernstige zorgen zijn over de veiligheid en ontwikkeling van [voornaam minderjarige]. Er zijn zorgen over de invloed van haar vriend en diens schoonfamilie, evenals over mishandeling en schoolverzuim. De kinderrechter oordeelt dat jeugdhulp noodzakelijk is om te voorkomen dat [voornaam minderjarige] zich onttrekt aan de benodigde hulp. De kinderrechter heeft de machtiging voor gesloten jeugdhulp verleend voor de periode van 11 juni 2024 tot 11 augustus 2024, met de nadruk op het opstellen van een veiligheidsplan en het versterken van de weerbaarheid van de minderjarige. De ouders hebben ingestemd met de gesloten plaatsing, hoewel zij de situatie als traumatisch ervaren voor hun dochter.

De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door de kinderrechter, en kan door belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak worden aangevochten.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/679000 / JE RK 24-1023
Datum uitspraak: 17 mei 2024
Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp
in de zaak van
de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,
hierna te noemen de GI, gevestigd te Rotterdam,
over
[minderjarige],
geboren op [geboortedatum] 2007 in [geboorteplaats] , hierna te noemen [voornaam minderjarige] ,
advocaat mr. L.A. Middelkoop te Rotterdam.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[moeder],
hierna te noemen de moeder, wonende in [woonplaats] ,
[vader],
hierna te noemen de vader, wonende in [woonplaats] .

1.Het verloop van de procedure

De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in haar beoordeling:
  • de spoedbeschikking van de kinderrechter van 14 mei 2024 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
  • de instemmende verklaring van de gedragswetenschapper van 16 mei 2024.
De mondelinge behandeling met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 17 mei 2024. Daarbij waren aanwezig:
- [voornaam minderjarige] , bijgestaan door haar advocaat;
- de vader en de moeder; twee vertegenwoordigers van de GI, mw. [persoon A] en mw. [persoon B] .
De kinderrechter heeft [voornaam minderjarige] naar haar mening gevraagd. [voornaam minderjarige] heeft hierover een gesprek gevoerd met de kinderrechter. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de kinderrechter samengevat wat [voornaam minderjarige] heeft verteld. De aanwezigen hebben daarop kunnen reageren.
Aangezien de ouders de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig is, maar wel de Roemeense taal, heeft de kinderrechter het verhoor doen plaatsvinden met bijstand van mw. L. Jalea, tolk in de Roemeense taal.
2.
De feiten
De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] .
[voornaam minderjarige] verbleef tot voorkort in Roemenië. Zij verblijft sinds 14 mei gesloten bij Horizon Rijnhoven.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 22 april 2024 [voornaam minderjarige] onder toezicht gesteld tot 22 april 2025.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 22 april 2024 een machtiging verleend [voornaam minderjarige] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder tot 22 juli 2024.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 14 mei 2024 een machtiging verleend om [voornaam minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 14 mei 2024 voor de duur van vier weken. Het verzoek is voor het overige aangehouden.

3.Het verzoek

De GI heeft een spoedmachtiging verzocht om [voornaam minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van vier weken. Dit deel van het verzoek is reeds verleend. Tevens heeft de GI verzocht om aansluitend een machtiging te verlenen voor verblijf in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de duur van twee maanden.

4.De standpunten

De GI heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. [voornaam minderjarige] heeft de afgelopen maanden veel meegemaakt. Op 14 mei 2024 is [voornaam minderjarige] vanuit Roemenië geland in Nederland. Zij is toen direct gesloten geplaatst. Een open groep is niet in het belang van [voornaam minderjarige] . [voornaam minderjarige] is in het verleden meerdere keren weggelopen en de invloed vanuit haar vriend en schoonfamilie is groot. [voornaam minderjarige] is hier nog niet weerbaar tegen. Het is belangrijk dat zij op de gesloten groep stabiliseert en tot rust komt. Er zal met [voornaam minderjarige] en de ouders bekeken worden hoe [voornaam minderjarige] zo snel mogelijk op een veilige manier terug kan naar de ouders. De GI heeft daarbij ook de hulp van de politie ingeschakeld.
Door en namens [voornaam minderjarige] is ingestemd met het verzoek. [voornaam minderjarige] begrijpt dat ze tijd en rust nodig heeft om alle gebeurtenissen van de afgelopen tijd te verwerken en na te denken over de keuzes die zij nog moet maken. Het is wel van belang dat er zo snel mogelijk een veiligheidsplan wordt opgesteld zodat [voornaam minderjarige] binnen twee maanden terug naar haar ouders kan. Ook dient er vanuit de GI aandacht te zijn voor de frictie tussen de families.
De ouders hebben ter zitting ingestemd met het verzoek. Hoewel de ouders inzien dat een korte gesloten plaatsing goed is voor [voornaam minderjarige] , voelt het tegelijkertijd alsof zij wordt gestraft voor wat ze heeft meegemaakt met haar vriend en schoonfamilie. Deze situatie zal ongetwijfeld traumatisch geweest zijn voor [voornaam minderjarige] .

5.De beoordeling

De kinderrechter is van oordeel dat jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] naar volwassenheid ernstig belemmeren. Deze problemen maken dat het verblijf in een gesloten accommodatie noodzakelijk en geschikt is om te voorkomen dat [voornaam minderjarige] zich onttrekt aan de jeugdhulp die zij nodig heeft of daaraan door anderen wordt onttrokken. Het is niet gebleken dat er minder ingrijpende mogelijkheden zijn om deze problemen te behandelen (artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet (Jw)).
Er zijn al langere tijd zorgen over de veiligheid van [voornaam minderjarige] . Deze zorgen zijn de afgelopen maanden enkel toegenomen. Er zijn grote zorgen over de partner van [voornaam minderjarige] en diens schoonfamilie en de druk die zij uitoefenen op [voornaam minderjarige] . Ook zijn er zorgen over mishandeling van de vriend jegens [voornaam minderjarige] en zorgen over het schoolverzuim en wegloopgedrag van [voornaam minderjarige] . Op dit moment is [voornaam minderjarige] zwanger. Vanwege genoemde zorgen is [voornaam minderjarige] eerder op een geheime locatie van Fier geplaatst, maar uiteindelijk is zij hier weggelopen. Na een aantal weken vermist te zijn geweest, bleek [voornaam minderjarige] met haar vriend en schoonfamilie in Roemenië te verblijven. [voornaam minderjarige] vertelt zelf dat zij in de tussentijd ook in Frankrijk en Duitsland heeft verbleven. Het is positief dat [voornaam minderjarige] inmiddels terecht is en weer terug is in Nederland. Eveneens is positief dat [voornaam minderjarige] nu in lijkt te zien dat haar vriend en schoonfamilie een negatieve invloed op haar hebben. Alle betrokkenen zijn het met elkaar eens dat een korte gesloten plaatsing noodzakelijk en wenselijk is voor [voornaam minderjarige] , zodat zij de rust en tijd krijgt om alle gebeurtenissen van de afgelopen maanden te verwerken, zonder prikkels van buitenaf. Ook heeft zij een aantal belangrijke beslissingen te nemen. De komende twee maanden zal met [voornaam minderjarige] en de ouders gekeken moeten worden hoe [voornaam minderjarige] op een verantwoorde wijze weer thuisgeplaatst kan worden. Hier dient een veiligheidsplan voor gemaakt te worden. Ook de inzet van hulpverlening om [voornaam minderjarige] weerbaarder te maken is noodzakelijk. Wellicht dat er ook nog andere (justitiële) stappen gezet moeten worden. Het is aan de GI om hier de regie in te nemen zodat de machtiging niet langer zal worden gebruikt dan noodzakelijk is.
De kinderrechter zal de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp verlenen, en wel voor de periode van twee maanden.
6.
De beslissing
De kinderrechter:
verleent een machtiging om [voornaam minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 11 juni 2024 tot 11 augustus 2024.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 17 mei 2024 door mr. K.T.F. Chocolaad-de Bos, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. M.C.J. Holierhoek als griffier, en op schrift gesteld op 28 mei 2024.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
  • door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.