In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 17 mei 2024, wordt de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van twee minderjarigen, [voornaam minderjarige 1] en [voornaam minderjarige 2], besproken. De zaak is behandeld in het kader van de zorg voor de ontwikkeling van de kinderen, die beiden in een pleeggezin verblijven. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders, ondanks hun persoonlijke problematiek, zich hebben neergelegd bij de situatie en dat het perspectief van de kinderen niet meer bij hen ligt. De kinderrechter heeft de GI (Jeugdbescherming West Zuid-Holland-Zuid) verzocht om de ontwikkeling van de kinderen nauwlettend te volgen en te onderzoeken of een overdracht naar het vrijwillig kader of een gezagsbeëindigende maatregel op termijn passend is. De kinderrechter heeft besloten om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen voor de duur van een jaar, tot 28 mei 2025, en heeft deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.