Uitspraak
1.Procesverloop
- het advies van Reclassering Nederland (hierna: de reclassering) van 18 april 2024;
- het (ongedateerde) voortgangsverslag van de Forensisch Psychiatrische Kliniek (FPK) van Fivoor;
- het psychologisch en psychiatrisch onderzoek van 30 januari 2024.
2.Standpunt van partijen
3.Adviezen
Gedurende de gehele PIJ-maatregel is gebleken dat de veroordeelde niet in staat is om zich te houden aan de gemaakte afspraken. Enige onverwachte verandering of het wegvallen van structuur kan leiden tot ontregeling met decompensatie en/of forse fysieke incidenten als gevolg. De risico's worden met name gezien in de aanwezige psychische en persoonlijkheidsproblematiek, het ontbreken van ziekte-inzicht, het middelengebruik en daardoor versterkte paranoïde gedachten.
Bij gebrek aan passende mogelijkheden is onderzocht of de veroordeelde zou kunnen terugkeren naar zijn ouderlijk huis. Hoewel deze situatie zeer onwenselijk wordt geacht vanwege het ontbreken van stabiliteit, structuur, begeleiding, ondersteuning en expertise (en erkenning) op het gebied van zijn psychiatrische stoornis, blijkt verblijf bij de moeder - tot een passende plek in een zorginstelling wordt gevonden - mogelijk. Om tijdens een verblijf bij de moeder ambulante behandeling en begeleiding in te zetten van deskundigen met expertise op het vlak van psychiatrische problematiek is de veroordeelde aangemeld bij de forensische polikliniek van Fivoor. Hoewel een intakegesprek nog moet plaatsvinden, is door Fivoor toegezegd dat deze ondersteuning in mei 2024 kan aanvangen. Hierbij worden er twijfels geuit over de uitvoerbaarheid van ambulante begeleiding.
Op basis van het onsuccesvolle verloop van de behandeling in het kader van de PIJ-maatregel en vanwege eerdere veroordelingen voor geweld en tevens verscheidene agressie-incidenten tijdens de intramurale fase, acht de reclassering een recidive (al dan niet met geweld) onvermijdelijk.
• Meewerken aan reclasseringstoezicht;
• Niet naar het buitenland zonder toestemming van de reclassering;
• Meldplicht bij reclassering;
• Opname in een zorginstelling;
• Drugsverbod;
• Alcoholverbod;
• Meewerken aan schuldhulpverlening;
• Meewerken aan middelencontrole.
Deskundigen van FPK adviseren de veroordeelde verder klinisch te behandelen om hem optimaal in te kunnen stellen op antipsychotische medicatie. Hierna dient verdere risicoreductie door middel van psycho-educatie, vroegsignalering en aanleren van copingvaardigheden alsnog plaats te vinden. Tot op heden is dit vanwege het gedesorganiseerde beeld nog niet mogelijk geweest.