Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het verzoekschrift van [verzoekster], met bijlagen 1 tot en met 7;
- de mail en brief van [verweerster] met bijlagen 1 tot en met 3;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [verweerster].
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 22 mei 2024 uitspraak gedaan in een arbeidszaak tussen een verzoekster en een verweerster. De verzoekster, vertegenwoordigd door mr. G.L. Gijsberts, heeft verzocht om veroordeling van de verweerster, vertegenwoordigd door mr. R.H. Steensma, tot betaling van een transitievergoeding van € 2.137,49 bruto. De arbeidsovereenkomst tussen partijen is op 5 december 2023 van rechtswege geëindigd, en de verzoekster heeft recht op de transitievergoeding omdat de arbeidsovereenkomst niet aansluitend is voortgezet. De verweerster heeft wel ander werk aangeboden, maar dit werd door de verzoekster niet aanvaard, wat niet kan worden gezien als een opzegging van haar kant. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het verzoek om transitievergoeding tijdig is ingediend, en heeft de verweerster veroordeeld tot betaling van het gevraagde bedrag, evenals de proceskosten van in totaal € 1.036,-. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de verweerster het bedrag onmiddellijk moet betalen, ook als zij in hoger beroep gaat.