Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[bedrijf A],
[persoon B],
1.De procedure
- de inleidende dagvaarding van 2 november 2022 van [persoon A] en de akte met producties 1 tot en met 7;
- het door deze rechtbank op 31 mei 2023 tussen [persoon A] en [bedrijf B] c.s. bij verstek gewezen vonnis onder zaaknummer / rolnummer C/10/655840 /H A ZA 23-342 (hierna: het verstekvonnis):
- de verzetdagvaarding van [bedrijf B] c.s. van 9 augustus 2023, met producties;
- de oproepingsbrief van de rechtbank van 19 oktober 2023;
- de bij brief van 19 februari 2024 van de advocaat van [persoon A] in het geding gebrachte producties 8 tot en met 10 van [persoon A] ;
- de mondelinge behandeling van 29 februari 2024;
- de spreekaantekeningen van [bedrijf B] c.s.;
- de spreekaantekeningen van [persoon A] ;
- de akte van [bedrijf B] c.s.;
- de akte van [persoon A] ;
- de akte uitlating producties, van [bedrijf B] c.s..
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Beklamel-norm. Deze norm is niet absoluut: onder bijzondere omstandigheden is denkbaar dat een bestuurder die met deze kennis een verplichting namens de vennootschap aangaat, toch niet aansprakelijk is.
Beklamel-norm slaagt onder deze omstandigheden niet.