Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 mei 2024 in de zaak tussen
[eiseres], te [plaats], eiseres,
de minister van Infrastructuur en Waterstaat, verweerder,
Inleiding
Op 22 januari 2024 heeft eiseres - onder de mededeling dat het rapport haar niet bekend was - de rechtbank om heropening van het onderzoek gevraagd. Bij brief van 25 januari 2024 heeft de rechtbank het onderzoek heropend en eiseres de gelegenheid geboden om binnen twee weken een reactie op het rapport te geven. Vervolgens heeft eiseres bij e-mailbericht van 26 januari 2024 gevraagd om verlenging van de reactietermijn. Dit verzoek heeft de rechtbank bij brief van 30 januari 2024 gemotiveerd afgewezen. Bij bericht van 31 januari 2024 heeft eiseres herhaald meer tijd nodig te hebben en een nieuwe zitting noodzakelijk te achten. Vervolgens heeft de rechtbank verweerder in de gelegenheid gesteld te reageren op de berichten van eiseres. Verweerder heeft dat bij brief van 13 februari 2024 gedaan. Op die reactie heeft eiseres desgevraagd gereageerd bij brief van 26 februari 2024. Op 14 maart 2024 heeft de rechtbank partijen bericht dat zij zich voldoende voorgelicht acht om uitspraak te doen en dat een nadere zitting achterwege wordt gelaten, tenzij partijen binnen twee weken aangeven dat zij op een nadere zitting gehoord willen worden. Bij brief van 20 maart 2024 heeft verweerder bericht dat hij een nadere zitting niet nodig acht. De rechtbank heeft vastgesteld dat geen van de partijen binnen de gestelde termijn heeft aangegeven een nadere zitting te willen en heeft op 4 april 2024 het onderzoek gesloten.
Totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de rechtbank
Verder voert eiseres aan dat de Nederlandse regelgeving en haar uitvoering in strijd is met artikel 30 en artikel 36 van het VWEU [4] . Er is sprake van een verboden handelsbeperking nu producten die zijn toegestaan in andere landen (Spanje) ten onrechte in Nederland worden geweerd.
Ten slotte voert eiseres aan dat het bestreden besluit ook niet in stand kan blijven omdat verweerder de bezwaarprocedure niet heeft geschorst in afwachting van stukken die eiseres met een Wob [5] -verzoek had opgevraagd. Eiseres is gebleken dat ILT met diverse organisaties en autoriteiten overleg en contact heeft gehad over deze zaak en die stukken behoren in deze procedure te worden ingebracht, aldus eiseres.
- alle stoffen of mengsels die, in de vorm waarin zij aan de gebruiker worden geleverd, uit een of meer werkzame stoffen bestaan dan wel die stoffen bevatten of genereren, met als doel een schadelijk organisme te vernietigen, af te schrikken, onschadelijk te maken, de effecten daarvan te voorkomen of op een andere dan louter fysieke of mechanische wijze te bestrijden;
- alle stoffen of mengsels die worden gegenereerd door stoffen of mengsels die zelf niet vallen onder het eerste streepje, en die gebruikt worden met als doel een schadelijk organisme te vernietigen, af te schrikken, onschadelijk te maken, de effecten daarvan te voorkomen of op een andere dan louter fysieke of mechanische wijze te bestrijden.
een stof of micro-organisme met een werking op of tegen schadelijke organismen.