ECLI:NL:RBROT:2024:4181

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 mei 2024
Publicatiedatum
7 mei 2024
Zaaknummer
10/155496-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor dood door schuld en valsheid in geschrifte in de zaak tegen een APK-keurmeester

In de zaak tegen de verdachte, een APK-keurmeester, heeft de rechtbank Rotterdam op 7 mei 2024 uitspraak gedaan. De verdachte was beschuldigd van dood door schuld en valsheid in geschrifte, in verband met een dodelijk ongeval dat plaatsvond op 9 november 2020. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 27 weken en ontzetting van het recht om het beroep van keurmeester uit te oefenen voor twee jaar. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat niet kan worden vastgesteld dat de verdachte schuld heeft aan het ongeval. De verdachte had de Ford goedgekeurd, maar de rechtbank concludeerde dat de gebreken die aan de auto waren vastgesteld niet de oorzaak waren van het stilvallen van het voertuig op de snelweg, wat leidde tot het fatale ongeval. De rechtbank sprak de verdachte vrij van beide tenlastegelegde feiten, omdat er onvoldoende bewijs was voor opzet of grove nalatigheid. De beslissing werd genomen na een zorgvuldige afweging van de feiten en omstandigheden van de zaak, waarbij de rechtbank de argumenten van zowel de officier van justitie als de verdediging in overweging nam.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/155496-22
Datum uitspraak: 7 mei 2024
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedatum 1],
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres],
raadsman mr. R.T. Poort, advocaat te Beverwijk.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Het onderzoek op de terechtzitting heeft plaatsgevonden op 23 april 2024.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding.
Het onder 1 ten laste gelegde komt er – kort gezegd – op neer dat de verdachte een bedrijfsvoertuig (hierna ook: de Ford) ten onrechte heeft goedgekeurd ondanks technische en mechanische gebreken aan die auto en dat daardoor mede aan zijn schuld te wijten is dat een dodelijk ongeval met die auto heeft plaatsgevonden.
Het onder 2 ten laste gelegde komt er - kort gezegd - op neer dat de verdachte het rapport van de keuring van de Ford valselijk heeft opgemaakt of heeft vervalst.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. B.M. van Heemst heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1 en 2 (met uitzondering van het eerste gedachtestreepje) ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 27 weken, alsmede tot ontzetting van het recht om het beroep van keurmeester Algemene Periodieke Keuringen uit te oefenen voor de duur van twee jaren.

4.4. Motivering vrijspraak

Standpunt officier van justitie
De verdachte heeft nog geen kwartier gedaan over de Apk-keuring van de in de tenlastelegging bedoelde Ford waarmee het dodelijke ongeval heeft plaatsgevonden. De Ford had op 15 punten afgekeurd moeten worden. Gezien de gehele staat van de auto had op zijn minst een veel grondigere keuring moeten plaatsvinden. Er bestaat causaal verband tussen dit grovelijk onvoorzichtig, onachtzaam en nalatig handelen van de verdachte en de dood van het slachtoffer van het ongeval. De Ford is voorafgaand aan het ongeval op de snelweg stil gevallen, waarna het ongeval plaatsvond. De kans dat de vastgestelde gebreken aan de Ford dit hebben veroorzaakt is enorm groot. Daarom kan de onder 1 tenlastegelegde schuld aan het dodelijk verkeersongeluk worden bewezen en ook het onder 2 ten laste gelegde valselijk opmaken van het rapport van de keuring van de Ford.
Standpunt verdediging
Namens de verdachte is om meerdere redenen vrijspraak van de beide tenlastegelegde feiten bepleit.
Beoordeling feit 1
Op 9 november 2020 heeft de verdachte de hiervoor bedoelde Ford als Apk-keurmeester goedgekeurd. Dezelfde dag heeft een persoon, genaamd [naam 1], de Ford geleverd gekregen op basis van een eerder gesloten koopovereenkomst. Bij die levering is aan [naam 1] het Apk-keuringsrapport meegegeven. Daarna is [naam 1] met de Ford de weg op gegaan. Op de snelweg (de A16) is de Ford nagenoeg volledig stilgevallen. De bestuurder van een bestelauto (Mercedes-Benz Sprinter) die achter de Ford reed, is toen met hoge snelheid tegen de (bijna) stilstaande Ford van [naam 1] aangereden. Bij dit ongeval is, een jongetje van bijna vijftien maanden oud, het zoontje van de bestuurder van de Mercedes Benz, die bij zijn vader in de auto zat, zodanig ernstig gewond geraakt dat hij korte tijd later is komen te overlijden.
Na het ongeval is de Ford van [naam 1] opnieuw onderzocht door een toerzichthouder van de RDW die tevens Apk-keurmeester is. Volgens zijn conclusie had de Ford tijdens de Apk-keuring op veertien punten afgekeurd moeten worden en had de Ford in de door hem aangetroffen staat nooit goedgekeurd mogen worden.
De rechtbank is van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat een of meer van de beweerdelijke gebreken aan de Ford die de verdachte bij de keuring zou hebben moeten opmerken en op grond waarvan hij de Ford zou hebben moeten afkeuren, in enigerlei vorm de oorzaak zijn van of hebben bijgedragen aan het stilvallen van Ford op de snelweg en aldus hebben bijgedragen aan het ontstaan van het dodelijke ongeval.
Dit betekent dat niet kan worden bewezen dat de verdachte schuld heeft aan het ongeval in de zin van artikel 307 van het Wetboek van Strafrecht zodat hij van het onder 1 ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.
Beoordeling feit 2
Gelet op de diverse door de toezichthouder van de RDW vastgestelde gebreken aan de Ford is weliswaar niet uit te sluiten dat de verdachte bij de keuring niet in alle opzichten zorgvuldig te werk is gegaan, maar dat kan niet gelijk worden gesteld met het opzettelijk verzwijgen van gebreken en het bewust onvermeld laten daarvan in het Apk-rapport. Anders gezegd, een mogelijke tekortkoming in het werk van de verdachte tijdens de keuring is niet voldoende om bewezen te achten dat hij het rapport opzettelijk onjuist heeft opgemaakt met het oogmerk om het als echt en onvervalst te (doen) gebruiken en dat hij zich aldus heeft schuldig gemaakt aan valsheid in geschrift. Dit betekent dat de verdachte ook van het onder 2 ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.

5.Bijlage

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

6.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.A.F. Damen, voorzitter,
en mrs. M.K. Asscheman-Versluis en W.M. Stolk, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. L.R. van Zaanen, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De voorzitter en jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
1.
hij op of omstreeks 9 november 2020 te Rotterdam in zijn hoedanigheid van APK Keurmeester grovelijk, althans aanmerkelijk onvoorzichtig, onachtzaam en/of nalatig door
-onvoldoende aandacht te besteden aan de technische en/of mechanische
mankementen van het te keuren bedrijfsvoertuig (Ford E150 kenteken [kenteken])
en/of
- ondeugdelijk technisch en/of mechanisch onderzoek, volgens de richtlijnen van het RDW, te verrichten en/of
- de technische en/of mechanische gebreken niet op het APK-formulier te vermelden en/of
- op het APK-formulier ten onrechte het voertuig als goedgekeurd aan te geven terwijl de technische ne/of mechanische mankementen aan het voertuig niet waren verholpen,
ten gevolgde hiervan het bedrijfsvoertuig als goedgekeurd voertuig op de openbare
weg terecht is gekomen,
waardoor het aan zijn schuld te wijten is dat [naam 2] (geboren [geboortedatum 2] 2019) door
een verkeersongval is overleden;
2.
hij op of omstreeks 9 november 2020 te Rotterdam een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een keuringsrapport (voor bedrijfsvoertuig ([kenteken]) valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst, door
-op het keuringsrapport over het vlak/blok met keuringsinstantie een sticker te plaatsen en/of te plakken waardoor o.a. deze gegevens en/of zijn handtekening niet en/of gedeeltelijk zichtbaar waren en/of
-een of meer technische en/of mechanische gebreken niet op het keuringsrapport te vermelden en/of
-op het keuringsrapport het vakje goedgekeurd in te vullen,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken.