In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 12 april 2024, wordt de ondertoezichtstelling van de minderjarige [minderjarige] verlengd voor de duur van een jaar. De zaak betreft de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, die betrokken is bij de zorg voor [minderjarige]. De ouders van [minderjarige], de vader en de moeder, zijn belast met het ouderlijk gezag. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling op 12 april 2024 gehouden, waarbij de vader, de moeder met haar advocaat, en vertegenwoordigers van de GI aanwezig waren. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ontwikkeling van [minderjarige] nog steeds ernstig wordt bedreigd en dat er behoefte is aan een stabiele opvoedsituatie.
De GI heeft verzocht om de ondertoezichtstelling te verlengen, terwijl de vader een verzoek heeft ingediend voor een directe beëindiging van de inperking van de omgang en een herziening van de ondertoezichtstelling. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de betrokkenheid van de GI noodzakelijk blijft om de hulpverlening te continueren en te monitoren. De vader heeft zijn frustraties geuit over de huidige situatie en de langzame opbouw van de omgang met [minderjarige]. De kinderrechter heeft echter geoordeeld dat de omgangsbeperkingen niet per direct opgeheven kunnen worden, gezien de emotionele en ontwikkelingsbehoeften van [minderjarige].
De kinderrechter heeft de verzoeken van de vader afgewezen en benadrukt dat de GI de regie moet houden over de op- en uitbouw van de omgang. De beslissing is openbaar uitgesproken en de kinderrechter heeft de vader aangespoord om hulpverlening te aanvaarden om de nodige veranderingen teweeg te brengen.