Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 21 februari 2023, met een akte van betekening,
- de akte overlegging producties van Nippon met producties 1 tot en met 26;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 14;
- de brief van de rechtbank van 24 augustus 2023, met daarin een oproep voor een mondelinge behandeling op 15 december 2023;
- de e-mail van de rechtbank van 3 november 2023 met een zittingsagenda voor de mondelinge behandeling;
- de akte eiswijziging en overlegging producties 27 tot en met 29;
- de akte eisverduidelijking;
- de brief van 4 december 2023 van mr. Van Egmond, met producties 29 tot en met 32 (de rechtbank leest dit als productie 30 tot en met 33), tevens bevattend een verzoek om toepassing van het vertrouwelijkheidsregime en om verzoek van wijziging van de naam van eiseres
- de e-mail van 4 december 2023 van mr. Vermue, met productie 15 van [gedaagde 1] c.s.;
- het verzoek van 6 december 2023 van mr. Vermue tot aanhouding van de mondelinge behandeling, de reactie van mr. Van Egmond daarop en de afwijzende beslissing van de rechtbank;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 15 december 2023 en de toen door de advocaten overgelegde spreekaantekeningen;
- de brief van 20 december 2023 van mr. Van Egmond met een aangepaste versie van productie 31;
- de akte uitlating producties, van [gedaagde 1] c.s., met producties;
- de brief van 31 januari 2024 van mr. Van Egmond waarin bezwaar is gemaakt tegen de akte van [gedaagde 1] c.s., de daaropvolgende correspondentie en de afwijzing van het bezwaar door de rechtbank.
2.De feiten
raw gas productiontoeslag of RGP-toeslag (hierna: de RGP-toeslag). De hoogte van die toeslag was afhankelijk van de spotprijs voor aardgas, de ammoniakmarktprijs en de €/USD wisselkoers. Het was bovendien vereist dat Nippon zich zou committeren tot het afnemen van voldoende volume. Nippon schreef dat dit de enige manier voor haar was om (mogelijk) door te gaan met leveringen aan haar klanten en vroeg aan haar klanten een bevestiging welke volumes zij wilden afnemen. De afspraken tussen Nippon en Yara zijn neergelegd in een addendum bij de tussen hen bestaande overeenkomst van 2 september 2022.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Samenvatting van de beslissingen van de rechtbank
- Nederlands recht, inclusief het Weens Koopverdrag, is van toepassing. De voorwaarde waaronder vordering C is ingesteld, is dus niet vervuld en die vordering blijft verder buiten beschouwing.
- [gedaagde 2] en niet [gedaagde 1] is de wederpartij van Nippon. Alle vorderingen op [gedaagde 1] worden afgewezen, zonder dat er een afzonderlijke proceskostenveroordeling zal worden opgelegd.
- [gedaagde 2] moet betalen voor de levering van 15 september 2022. Voor deze levering was weliswaar geen opdracht gegeven, maar het gas is wel geleverd en door [gedaagde 2] gebruikt. Zij is hierdoor ongerechtvaardigd verrijkt.
- De vorderingen die zien op de leveringen in augustus 2022, de opzegging van de koopovereenkomst door [gedaagde 2] , de ontbinding van de koopovereenkomst door Nippon, de huur in januari en februari 2023 en gestelde beweerdelijke onrechtmatige publicaties worden afgewezen. De facturen voor augustus 2022 zijn voldaan, de opzegging door [gedaagde 2] was niet onrechtmatig en Nippon noemt niet één publicatie van [gedaagde 1] c.s. die onrechtmatig zou kunnen zijn.
- Bij de verschillende gevorderde verklaringen voor recht heeft Nippon geen belang in het licht van de overige vorderingen en de daarover genomen en te nemen beslissingen, zodat ook die worden afgewezen.
- of de RGP-toeslagen uit de onder 2.17 bedoelde september-facturen (behalve die voor de levering van 15 september 2022) juist zijn berekend, uitgaand van de afspraken die Nippon met Yara in het onder 2.9 bedoelde addendum heeft gemaakt en zonder dat daarbij een extra opslag/toeslag door Nippon is berekend (dus zonder winst voor Nippon over de opslag);
- of Nippon de aan Yara betaalde toeslagen al volledig heeft terugverdiend doordat andere klanten van Nippon dan [gedaagde 2] deze hebben vergoed.
5.De beslissing
woensdag 22 mei 2024voor het nemen door
beide partijenvan de onder 4.28 bedoelde akte;