ECLI:NL:RBROT:2024:3230
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verstekvonnis inzake huur van mobiele telefoon en informatieverplichtingen
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 25 april 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Grover Nederland B.V. en een gedaagde die niet in de procedure is verschenen. De eiseres, Grover Nederland B.V., heeft de gedaagde gedagvaard op 9 februari 2024, waarna verstek is verleend. De zaak betreft de huur van een mobiele telefoon en de naleving van informatieverplichtingen die voortvloeien uit de wet.
De kantonrechter heeft onderzocht of er sprake was van oneerlijke bepalingen in de overeenkomst, maar heeft vastgesteld dat dit niet het geval was. Wel heeft de rechter geconstateerd dat de eiseres niet heeft voldaan aan verschillende essentiële informatieverplichtingen, zoals het recht van de consument om de overeenkomst binnen veertien dagen te ontbinden en de duur van de overeenkomst. Deze schendingen zijn vastgesteld op basis van de artikelen 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek.
Als gevolg van deze schendingen heeft de kantonrechter besloten de betalingsverplichting van de consument met 50% te verminderen. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld tot het teruggeven van de gehuurde mobiele telefoon binnen zeven dagen na betekening van het vonnis, met een dwangsom bij niet-naleving. De kantonrechter heeft ook de buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten toegewezen aan de eiseres, die grotendeels in het gelijk is gesteld.
De uitspraak benadrukt het belang van het voldoen aan informatieverplichtingen bij overeenkomsten op afstand en de gevolgen van het niet naleven daarvan voor de betalingsverplichtingen van consumenten.