ECLI:NL:RBROT:2024:3077
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing vordering tot verlenging proeftijd en wijziging bijzondere voorwaarden in strafzaak
Op 15 maart 2024 heeft de rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen een veroordeelde, geboren in 2001, die bijgestaan werd door zijn raadsman mr. M.J.C. Verlaan. De zaak betreft een vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke straf die eerder was opgelegd. De veroordeelde had een gevangenisstraf van drie jaar gekregen, waarvan één jaar voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden waaronder meldplicht en ambulante behandeling. De officier van justitie heeft verzocht om verlenging van de proeftijd met één jaar en wijziging van de bijzondere voorwaarden, waarbij de ambulante begeleiding en dagbesteding zouden vervallen.
Tijdens de zitting is de reclasseringswerker als getuige gehoord, en de verdediging heeft zich aangesloten bij de vordering van de officier van justitie. De reclassering heeft aangegeven dat de veroordeelde zich niet aan de bijzondere voorwaarden heeft gehouden, maar dat het recidiverisico laag is ingeschat. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde in een moeilijke periode verkeert, gezien de terminale ziekte van zijn moeder. Dit heeft de rechtbank doen besluiten om de proeftijd met één jaar te verlengen, maar met gewijzigde bijzondere voorwaarden, waarbij alleen de meldplicht en begeleid wonen gehandhaafd blijven.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen en de bijzondere voorwaarden aangepast. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.