ECLI:NL:RBROT:2024:2915
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing voorlopige voorziening in faillissementszaak met betrekking tot huurbetalingen
In deze zaak heeft verzoekster op 18 januari 2024 een verzoekschrift ingediend op basis van artikel 284 en 287b van de Faillissementswet (Fw) voor een voorlopige voorziening. De rechtbank heeft op 26 februari 2024 een zitting gehouden, waarbij verzoekster niet aanwezig was, maar vertegenwoordigd werd door schuldhulpverlening. Verweerster, Stichting 3B-Wonen, heeft een verweerschrift ingediend en was ook niet ter zitting aanwezig. De rechtbank heeft op 1 maart 2024 aanvullende stukken ontvangen van de schuldhulpverlening. Verzoekster had op dat moment geen inkomsten, maar er was een Ziektewetuitkering aangevraagd en een verzoek tot onderbewindstelling in voorbereiding. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een bedreigende situatie is voor verzoekster, aangezien er een ontruimingsvonnis was uitgesproken. De rechtbank heeft de belangen van verzoekster, die in haar huurwoning wil blijven, afgewogen tegen de belangen van verweerster, die het vonnis tot ontruiming wil uitvoeren. Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de voorlopige voorziening toe te wijzen, onder voorwaarden, en heeft verzoekster niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling. De beslissing houdt in dat de tenuitvoerlegging van het ontruimingsvonnis wordt opgeschort voor de duur van zes maanden, mits de huurtermijnen tijdig worden voldaan.