Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder parketnummer 10-081967-23 ten laste gelegde feit 2 met betrekking tot het spugen op [slachtoffer 1];
- bewezenverklaring van het overige onder parketnummer 10-081967-23 ten laste gelegde en bewezenverklaring van het onder parketnummer 10-125335-23 ten laste gelegde;
Primair:
Subsidiair:
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden met aftrek van voorarrest alsmede de ter beschikkingstelling van de verdachte met voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. De dadelijke uitvoerbaarheid van deze voorwaarden wordt gevorderd;
- een maatregel als bedoeld in artikel 38v Sr met vervangende hechtenis van twee weken per overtreding, inhoudende een contactverbod met [slachtoffer 3] en een locatieverbod voor de gemeente Dordrecht en het winkelcentrum Zuidplein in Rotterdam. De dadelijke uitvoerbaarheid van deze maatregel wordt gevorderd.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
1.bedreiging met zware mishandeling en brandstichting, meermalen gepleegd;
2.mishandeling.
1. opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen;
2. eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, meermalen gepleegd;
3. eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening;
4. opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
26 februari 2024, waaruit blijkt dat de verdachte eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
25 augustus 2023 en 9 december 2023. De psycholoog heeft geconcludeerd dat de verdachte al langere tijd instabiliteit op vrijwel alle levensgebieden kent. Dit heeft invloed op zijn psychische gesteldheid en leidde tot terugval in drugsgebruik. Een behandeling in een forensische kliniek met een matig – hoog beveiligingsrisico zou passend zijn bij de problematiek van de verdachte en het aanwezige risico op recidive. Echter is in de afgelopen detentieperiode gebleken dat de verdachte zich binnen een klinische setting niet goed staande kan houden en is de verdachte niet gemotiveerd voor een langdurige klinische opname. De psycholoog kan geen eenduidig advies geven over het meest geschikte juridische kader waarin behandeling en interventies kunnen worden vormgegeven.
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregel
10-081967-23 bewezenverklaarde strafbare feit 2, rechtstreeks immateriële schade is toegebracht.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 200 (tweehonderd) dagen;
€ 358,66 (zegge: driehonderdachtenvijftig euro en zesenzestig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 maart 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
€ 200,-- (zegge: tweehonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 23 maart 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer 1] te betalen
€ 200,--(hoofdsom,
zegge: tweehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 maart 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 200,-- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
4 (vier) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;