Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- partiële vrijspraak van het naar beneden trekken van de broek van de aangeefster, zoals onder het vierde gedachtestreepje ten laste is gelegd;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 maand voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals vermeld in het reclasseringsrapport van 21 maart 2023, met dadelijke uitvoerbaarheid van deze voorwaarden.
4.Waardering van het bewijs
en
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
terwijl hij over onvoldoende copingvaardigheden beschikt om met zijn impulsen om te kunnen gaan. Diagnostiek ontbreekt echter. Vanwege de ontkennende houding van de verdachte kan het risico op recidive en letselschade niet worden ingeschat. Om hier meer zicht op te krijgen en mogelijke herhaling te voorkomen, adviseert de reclassering bij een veroordeling een (deels) voorwaardelijke straf met als bijzondere voorwaarden:
- een meldplicht bij Reclassering Nederland;
- een gedragsinterventie middelengebruik, zoals Leefstijltraining 24/7;
- een ambulante behandeling met de mogelijkheid tot het innemen van medicijnen;
- het meewerken aan controle op alcohol en drugs.
8.Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
Subsidiair heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat het geestelijk letsel niet is onderbouwd. Verdere beoordeling van de vordering levert een onevenredige belasting van het strafgeding op, zodat deze ook om die reden niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, dan wel moet worden afgewezen.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 32 (tweeëndertig) dagen;
30 (dertig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
2 (twee) jaar;
120 (honderdtwintig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
60 dagen;
€ 500,- (zegge: vijfhonderd euro),bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 12 maart 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer01] te betalen
€ 500,-(hoofdsom,
zegge: vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 maart 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
10 dagen;