Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden;
6 (zes) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
2 (twee) jaar;
€ 2.550 (zegge: vijfentwintig honderd vijftig euro), bestaande uit € 50 aan materiële schade en € 2.500 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 26 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer01] te betalen
€ 2.550(hoofdsom
, zegge: vijfentwintig honderd vijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 juni 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 2.550 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
35 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.