4.3.Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 3 ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
2
hij
inde periode van 10 juni 2020 tot en met 10 november 2020 te
Rotterdam, althans in Nederland, en België,
tezamen en in vereniging met anderen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor
te bereiden en/of te bevorderen,
te weten
- het opzettelijk binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen,
- het opzettelijk bereiden, , verkopen, afleveren,
verstrekken en vervoeren, en
- het opzettelijk vervaardigen van amfetamine en cocaïne , in elk geval een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid van de Opiumwet
- zich en een ander gelegenheid, middelen en inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- vervoermiddelen, stoffen, gelden voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en zijn mededaders, wisten dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
door
- met meer mededaders via Sky ECC Chats contacten onderhouden en informatie uitgewisseld en/ afspraken gemaakt over
* het invoeren en afleveren en uithalen en verstrekken en vervoeren en verkopen van cocaïne, en
* het huren van een loods en woningen en het kopen van grondstoffen en regelen van zogenaamde “koks” voor de productie van verdovende middelen, en
- geld te investeren, e
n
- een bedrijf te benaderen dat als dekmantel voor de invoer van cocaïne kan worden
gebruikt;
3
hij op 24 oktober 2023 te [plaats01]
in de woning aan de [adres01]
opzettelijk aanwezig heeft gehad
- 152,1 gram cocaïne, en
- 121,4 gram GHB, en
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende amfetamine, en
- 4,1 gram MDMA,
zijnde cocaïne en GHB en amfetamine en MDMA, (telkens) een middel als
bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.