ECLI:NL:RBROT:2024:13401

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
20 december 2024
Publicatiedatum
17 januari 2025
Zaaknummer
11254468 CV EXPL 24-19782
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van diensten door Automotive Application Services Provider B.V. aan gedaagde

In deze zaak vordert Automotive Application Services Provider B.V. (hierna: A2SP) betaling van € 9.733,96 van de gedaagde, die voor zijn garagebedrijf een abonnement bij A2SP had voor onder andere APK afmeldingen bij de RDW. A2SP heeft in opdracht van de gedaagde diensten geleverd in september en oktober 2022, waarvoor een totaalbedrag van € 9.967,22 in rekening is gebracht. De gedaagde heeft echter niet het volledige bedrag betaald en erkent dat de vordering klopt, maar stelt dat de schade te ver is opgelopen en dat A2SP eerder had moeten ingrijpen.

De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde verantwoordelijk is voor het aantal afmeldingen en dat zijn stellingen niet afdoen aan de verschuldigdheid van de vordering. A2SP heeft deelbetalingen van in totaal € 3.107,51 ontvangen, maar de gedaagde blijft nog € 9.733,96 aan hoofdsom verschuldigd. De kantonrechter wijst de vordering toe en legt de gedaagde ook de proceskosten op, die in totaal € 1.450,54 bedragen. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat A2SP het vonnis meteen mag uitvoeren, ook als de gedaagde in hoger beroep gaat.

De beslissing van de kantonrechter is als volgt: de gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van € 9.733,96 met wettelijke rente vanaf 24 juli 2024, en in de proceskosten van € 1.450,54. Al het andere wordt afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11254468 CV EXPL 24-19782
datum uitspraak: 20 december 2024
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Automotive Application Services Provider B.V.,
vestigingsplaats: Utrecht,
eiseres,
gemachtigde: Trust Krediet Beheer B.V.,
tegen
[gedaagde] , voorheen handelend onder de naam [handelsnaam] ,
woonplaats: Maassluis,
gedaagde,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘A2SP’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 15 augustus, met bijlagen;
  • de e-mail van 25 augustus 2024 aan de zijde van [gedaagde] ;
  • de repliek;
  • de aantekeningen van het mondelinge verweer.

2.De beoordeling

Wat is de kern?
2.1.
[gedaagde] heeft voor zijn garagebedrijf een abonnement bij A2SP (gehad) voor onder andere APK afmeldingen bij de RDW. A2SP heeft in opdracht en voor rekening van [gedaagde] diensten geleverd in september en oktober 2022. A2SP heeft daarvoor € 9.967,22 in rekening gebracht. [gedaagde] heeft dat niet (helemaal) betaald. A2SP eist nu van [gedaagde] € 9.733,96 met rente en proceskosten. De vordering bestaat uit het bedrag voor de maandbundels van € 161,51 per maand, de portal bijdrages van € 12,50 per maand en het overschrijden van het aantal overeengekomen afmeldingen van € 4,80 per overschrijding. [gedaagde] zegt dat de eis klopt. Wel vindt hij dat het oplopen van de kosten niet helemaal aan hem is te wijten. [gedaagde] vindt dat A2SP de overeenkomst eerder had moeten beëindigen, zeker omdat zij wist dat het slecht ging met zijn garagebedrijf.
[gedaagde] moet € 9.733,96 betalen aan A2SP
2.2.
De kantonrechter wijst het bedrag toe, omdat A2SP een bedrag van
€ 9.967,22 vordert voor de maandbundel, de portal bijdrages en de overschrijden van het aantal overeengekomen afmeldingen en [gedaagde] erkent dat de vordering klopt. [gedaagde] vindt dat A2SP had moeten ingrijpen en de kosten niet zo hoog had moeten laten oplopen. De kantonrechter is van oordeel dat A2SP terecht stelt dat [gedaagde] zelf verantwoordelijk is voor het aantal afmeldingen. De stellingen van [gedaagde] doen niet af aan de verschuldigdheid van de vordering. Vast staat dat A2SP deelbetalingen van in totaal € 3.107,51 heeft ontvangen. Op grond van artikel 6:44 BW strekken betalingen eerst in mindering van de kosten, daarna van de verschenen rente en tot slot van de hoofdsom en lopende rente. Toepassing van dit artikel leidt ertoe dat [gedaagde] nog € 9.733,96 aan hoofdsom moet betalen.
Incassokosten bedragen € 0,00
2.3.
[gedaagde] moet de incassokosten betalen, omdat partijen deze kosten hebben afgesproken. Uit de door A2SP overgelegde algemene voorwaarden volgt dat de buitengerechtelijke incassokosten 15% van de hoofdsom zijn. De buitengerechtelijke incassokosten zijn daarom € 1.495,08. Vast staat dat A2SP deelbetalingen van in totaal € 3.107,51 heeft ontvangen. Op grond van artikel 6:44 BW strekken betalingen eerst in mindering van de kosten, daarna van de verschenen rente en tot slot van de hoofdsom en lopende rente. Toepassing van dit artikel leidt ertoe dat [gedaagde] nog € 0,00 aan buitengerechtelijke incassokosten moet betalen.
[gedaagde] moet rente betalen
2.4.
[gedaagde] moet de rente conform artikel 6:119a betalen, omdat A2SP voldoende heeft gesteld waaruit volgt dat [gedaagde] deze moet betalen. De rente berekend tot en met 23 juli 2024 is € 1.379,17. Vast staat dat A2SP deelbetalingen van in totaal € 3.107,51 heeft ontvangen. Op grond van artikel 6:44 BW strekken betalingen eerst in mindering van de kosten, daarna van de verschenen rente en tot slot van de hoofdsom en lopende rente. Toepassing van dit artikel leidt ertoe dat [gedaagde] nog € 0,00 aan rente moet betalen van het bedrag berekend tot en met 23 juli 2024. [gedaagde] moet wel de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119a BW betalen over een bedrag van € 9.733,96 vanaf 24 juli 2024 tot de dag dat volledig is betaald.
[gedaagde] moet de proceskosten betalen
2.5.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] , omdat hij ongelijk krijgt (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot de kosten die [gedaagde] aan A2SP moet betalen op € 113,54 aan dagvaardingskosten, € 524,00 aan griffierecht, € 678,00 aan salaris voor de gemachtigde (2 punten x € 339,00) en € 135,00 aan nakosten. Dat is in totaal
€ 1.450,54. Hier kan nog een bedrag bij komen als dit vonnis wordt betekend.
Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad
2.6.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, omdat A2SP dat eist en [gedaagde] daar geen bezwaar tegen heeft gemaakt (artikel 233 Rv). Dat betekent dat het vonnis meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan A2SP te betalen € 9.733,96 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119a BW over dat bedrag vanaf 24 juli 2024 tot de dag dat volledig is betaald;
3.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, die aan de kant van A2SP worden begroot op € 1.450,54;
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.4.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.J.R. van Tongeren en in het openbaar uitgesproken.
64266