ECLI:NL:RBROT:2024:13343

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
11 december 2024
Publicatiedatum
13 januari 2025
Zaaknummer
C/10/683186 / JE RK 24-1643
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige in Rotterdam

Op 11 december 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond over een minderjarige, geboren in 2007. De kinderrechter heeft een machtiging verleend voor gesloten jeugdhulp aan de minderjarige, die momenteel verblijft in een gesloten groep bij Schakenbosch. De ouders van de minderjarige zijn belast met het ouderlijk gezag en zijn betrokken bij de procedure. De kinderrechter heeft eerder op 5 augustus 2024 de ondertoezichtstelling van de minderjarige verlengd en een machtiging verleend voor uit huis plaatsing in een gesloten accommodatie tot 6 januari 2025. De GI heeft verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot aan de meerderjarigheid van de minderjarige. Tijdens de zitting op 11 december 2024 is gebleken dat de minderjarige positieve stappen maakt in zijn ontwikkeling, maar dat jeugdhulp noodzakelijk blijft vanwege ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen. De kinderrechter heeft geoordeeld dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden zijn om deze problemen te behandelen en heeft de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp verleend voor de periode van 6 januari 2025 tot 6 maart 2025. De beslissing is openbaar uitgesproken en kan door belanghebbenden worden aangevochten binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/683186 / JE RK 24-1643
Datum uitspraak: 11 december 2024
Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp
in de zaak van
de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,
gevestigd te Rotterdam, hierna te noemen: de GI,
over
[minderjarige],
geboren op [geboortedatum] 2007 in [geboorteplaats] , hierna te noemen: [voornaam minderjarige] ,
advocaat mr. B.V. Rafaela, kantoorhoudende te Rotterdam.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[naam moeder] en [naam vader],
hierna te noemen: de ouders, wonende in [woonplaats] .

1.Het verdere verloop van de procedure

1.1.
De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
- de tussenbeschikking van de kinderrechter in deze rechtbank van 5 augustus 2024 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- de briefrapportage van de GI, ontvangen op 6 december 2024;
- de instemmende verklaring van de gedragswetenschapper, ontvangen op 9 december 2024.
1.2.
Op 11 december 2024 heeft de kinderrechter de zitting met gesloten deuren voortgezet. Daarbij waren aanwezig:
  • [voornaam minderjarige] met zijn advocaat;
  • de ouders;
- een vertegenwoordiger van de GI, mw. [persoon A] .

2.De feiten

2.1.
De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] .
2.2.
[voornaam minderjarige] verblijft op een gesloten groep bij Schakenbosch.
2.3.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 5 augustus 2024 de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] verlengd tot 6 maart 2025.
2.4.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij diezelfde beschikking een machtiging verleend [voornaam minderjarige] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp tot 6 januari 2025.

3.Het aangehouden verzoek

3.1.
De GI verzoekt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] te verlengen tot aan zijn meerderjarigheid. Ook verzoekt de GI een machtiging te verlenen om [voornaam minderjarige] uit huis te plaatsen in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp tot aan zijn meerderjarigheid. De GI verzoekt om de beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
3.2.
Op een gedeelte van het verzoek is reeds beslist. Nog beslist dient te worden op het restant van het verzoek om [voornaam minderjarige] uit huis te plaatsen in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp, te weten voor de periode van 6 januari 2025 tot 6 maart 2025.

4.De standpunten

4.1.
De GI handhaaft het verzoek ter zitting en licht het nader toe. Het gaat goed met [voornaam minderjarige] bij Schakenbosch. Hij gaat naar school en volgt therapie. Afgelopen weekend is [voornaam minderjarige] opgepakt op verdenking van een poging tot diefstal van een scooter. Desondanks wordt gezien dat [voornaam minderjarige] kleine positieve stappen zet. De jeugdbeschermer gaat [voornaam minderjarige] aanmelden voor de zorgbemiddelingstafel om een passende vervolgplek voor hem te zoeken. Het is belangrijk dat er een vervolgplek wordt gevonden waar [voornaam minderjarige] kan blijven na zijn achttiende. Hiervoor is het van belang dat er diagnostiek plaatsvindt.
4.2.
Namens en door [voornaam minderjarige] wordt ter zitting kenbaar gemaakt dat hij zich kan vinden in het verzoek van de GI. Hij begrijpt dat er goed moet worden gezocht naar een plek die bij hem past en hij is bereid om mee te werken aan diagnostiek.
4.3.
De ouders maken ter zitting kenbaar dat zij graag zien dat er een goede plek voor [voornaam minderjarige] wordt gevonden. Het is van belang dat dit op zorgvuldige wijze gebeurt. Aan het begin van zijn plaatsing bij Schakenbosch stond [voornaam minderjarige] niet open voor diagnostiek maar ondertussen wel.

5.De beoordeling

5.1.
De kinderrechter is van oordeel dat jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [voornaam minderjarige] naar volwassenheid ernstig belemmeren. Deze problemen maken dat het verblijf in een gesloten accommodatie noodzakelijk en geschikt is om te voorkomen dat [voornaam minderjarige] zich onttrekt aan de jeugdhulp die hij nodig heeft of daaraan door anderen wordt onttrokken. Het is niet gebleken dat er minder ingrijpende mogelijkheden zijn om deze problemen te behandelen (artikel 6.1.2 Jeugdwet).
5.2.
[voornaam minderjarige] verblijft sinds april 2024 op een gesloten groep bij Schakenbosch. Lange tijd zat [voornaam minderjarige] vast in een patroon waar hij zich onttrok aan hulpverlening en langere periodes wegliep van de groep. De afgelopen maand lijkt [voornaam minderjarige] echter te stabiliseren. Er wordt een prille positieve ontwikkeling gezien. [voornaam minderjarige] geeft aan open te staan voor verandering en maakt een positieve indruk op de groep. Ook gaat [voornaam minderjarige] weer naar school en stelt hij zich open op bij de gedragstherapie. Het is van belang dat [voornaam minderjarige] de prille positieve ontwikkeling weet vast te houden. De komende periode staat in het teken van het vinden van een passende vervolgplek voor [voornaam minderjarige] waar hij na zijn achttiende verjaardag kan blijven. Hiervoor is het van belang dat er een persoonlijkheidsonderzoek bij [voornaam minderjarige] wordt afgenomen. [voornaam minderjarige] heeft ter zitting gezegd dat hij bereid is hieraan mee te werken.
5.3.
Op grond van het vorenstaande zal de kinderrechter de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de resterende verzochte duur van twee maanden verlenen.

6.De beslissing

De kinderrechter:
6.1.
verleent een machtiging om [voornaam minderjarige] uit huis te plaatsen in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 6 januari 2025 tot 6 maart 2025.
Deze beslissing is gegeven en in het openbaar uitgesproken op 11 december 2024 door mr. M.P. van der Stroom, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. A.L. Bottse als griffier, en op schrift gesteld op 30 december 2024.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
  • door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.