Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.de stichting
1.De procedure
- de dagvaarding van 9 november 2024, met 8 producties;
- de mondelinge behandeling op 2 december 2024.
2.De feiten
3.De vordering
- [gedaagde] te veroordelen om binnen 5 dagen na het te wijzen vonnis, althans binnen een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen termijn, het gehuurde te doen ontruimen en leeg en ontruimd aan Brickfund c.s. op te leveren door afgifte van de sleutels;
- [gedaagde] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs aan kwijting aan Brickfund c.s. te voldoen een bedrag van € 4.680,85, te weten de huurachterstand tot en met de dag der dagvaarding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van deze dagvaarding;
- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van de maandelijks door hem aan Brickfund c.s. verschuldigde huurverplichting c.q. gebruiksvergoeding vanaf 1 december 2024 tot het moment van ontruiming;
- [gedaagde] te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs aan kwijting aan Brickfund c.s. te voldoen een bedrag van € 593,09 als vergoeding voor de gemaakte buitengerechtelijke kosten;
- [gedaagde] te veroordelen in de kosten van deze procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente, en in de nakosten.
4.De beoordeling
Inwoner is nog niet bereikt of wil geen hulp”.
€ 135,00