Uitspraak
1.Inleiding
2.Procesverloop
3.Adviezen
4.Standpunt van partijen
5.Beoordeling
6.Beslissing
1 (één)jaar.
Rechtbank Rotterdam
Op 16 december 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, geboren in 1991, die verblijft in een instelling. De rechtbank had eerder op 3 november 2022 de terbeschikkingstelling gelast vanwege brandstichting met gemeen gevaar voor goederen. De termijn van de terbeschikkingstelling begon op 10 januari 2023. Op 18 november 2024 ontving de rechtbank een vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling. Tijdens de openbare zitting op 16 december 2024 zijn de ter beschikking gestelde, zijn raadsman mr. H. Weisfelt, en een deskundige gehoord. De instelling adviseerde een verlenging van twee jaar, maar de rechtbank oordeelde dat er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde. De rechtbank besloot de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen, in plaats van de twee jaar die door de officier van justitie was gevorderd. De rechtbank benadrukte het belang van samenwerking van de ter beschikking gestelde met zijn behandelaars en de noodzaak om de resocialisatie adequaat vorm te geven. De beslissing werd genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.