Op 18 december 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en het Rijksvastgoedbedrijf. De rechtbank heeft op verzoek van de Staat een vereffenaar benoemd in de nalatenschap van de heer [persoon A], die op [overlijdensdatum] in Rotterdam is overleden. Het verzoekschrift van de Staat is op 23 september 2024 ingediend, met als doel een vereffenaar te benoemen op basis van artikel 4:204 BW. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen erfgenamen zijn die de nalatenschap beheren, en dat de nalatenschap door een notaris is aangemeld als vermoedelijk onbeheerd.
De rechtbank heeft de belanghebbenden, die mogelijk erfgenamen zijn, per aangetekende brief gevraagd of zij verweer willen voeren tegen het verzoek. Aangezien er geen reacties zijn ontvangen, heeft de rechtbank besloten om zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen. De rechtbank heeft mr. Monique Rotteveel, kandidaat-notaris te Haarlem, benoemd tot vereffenaar. De rechtbank heeft geoordeeld dat de Staat als belanghebbende kan worden aangemerkt, omdat de vereffenaar de goederen aan de Staat moet afgeven indien er geen erfgenamen zijn of wanneer erfgenamen niet bereid zijn de goederen in ontvangst te nemen.
De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de vereffenaar is opgedragen de benoeming bekend te maken in de Staatscourant. De rechtbank heeft ook verzocht om de benoeming in te schrijven in het boedelregister van de rechtbank. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr. C. van Steenderen-Koornneef.